de tekeningen in het album dan ook van haar hand. De familie bezit een aantal door Wilhelmi na gemaakte tekeningen en schilderijen. Stichtelijke inspiratie Wilhelmina’s vader opende het album in okto ber 1895 met een tekst uit 1 Kor: 13, gevolgd door een bijbeltekst van haar moeder: ‘Goede Raad op de Levensreis’ in een robuuster handschrift. Haar broer Arnoud Jan (Noud) kopieerde het laatste deel ‘Uit het dagboek van een gelukkige’ van De Génestet, dat gebaseerd was op Matteüs 15: 21-28, de gelovige Kananese vrouw, een toen tertijd populair bijbelverhaal.17 Psalmen waren ook populair in het album, zoals psalm 91. De scribenten werden geïnspireerd door het werk van De Génestet, (3), Van Alphen (2), Ten Kate (1) en Heije (1). Er werd in die eeuw vaak geput uit het rijke arsenaal van de Nederlandse en buiten landse dominee-dichters. Na een gedicht van Loeki (Louise) de Beau fort van juni 1918 droegen een zekere Osa in april 1918 het gedicht ‘Blijdschap’ bij en Wilhelmina’s schoonzusje Anna het gedicht ‘Onderwerping met volharding’ van Beets. Dan volgen twee pagi na’s met de eigenhandig geschreven namen van een aantal (school)vriendinnen - zie de prachti ge foto met leerlingen voor de kostschool - en ten slotte enkele gedichten ter gelegenheid van Wilhelmina’s achttiende verjaardag. Maar verre weg de meeste pagina’s in het album zijn even uitnodigend als blanco gebleven. Van Jo Engelberts is (mij) geen vriendenal bum bekend, maar zij begon met het in haar di recte kring gewaardeerde Jonkvrouwe Rhétia wel een oeuvre op te bouwen, waarvan verschillende boeken meerdere drukken beleefden. En sommi ge zijn de moeite van het (her)lezen zeker waard, zoals Babette en De schaduw, die antiquarisch nog wel aangeboden worden. Niet alleen zijn de publicaties fraai vormgegeven (omslagen in Ju gendstil), maar wie er voor open staat kan ook genieten van haar kijk op een wereld die niet (meer) de onze is. B Noten 1. De historica Greddy Huisman publiceerde Lite Engelberts (1880-1929) en de geschiedenis. Een vergeten schrijfster en een vergeten proces (in eigen beheer, 2008) en hield lezingen over Lite en haar werk. Ger Rietberg schreef ‘Lyte Engelberts, een bijna vergeten schrijfster’ in: Zutphen. Tijdschrift over de historie van Zutphen en omgeving(2000) afl. 1, 1-9. Zie ook mijn lemmata over de zussen in het Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland en de daarin vermelde literatuur, over Johanna: http://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lem- mata/data/EngelbertsJohanna en over Lite: http://resources. huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/Engelberts- Frauck. 2. R.J. Demarée (red.), Welgelegen in Warnsveld, Warnsveld 1992, 19, 29. 3. Mededeling van haar neef Remmert Mijnssen (geb.1920). 4. Marie van Zeggelen, ‘In memoriam de schrijfsters L.E. en Ig- natia Lubeley’, in: Overijssels Jaarboek voor cultuur en historie (1962), 4-21. 5. P.J. Risseeuw, Christelijke schrijvers van deze tijd, Kampen 1930, 35. 6. Brief van Jo aan Gerrit Kamphuis 30 mei 1932 (Literatuurmu- seum Den Haag, inv.nr E. 3132). 7. De grafrechten verliepen al een jaar na het overlijden van Jo. Omstreeks 2005 dreigde het graf geruimd te worden. In 2007 vroeg de gemeente Zeist maar liefst 4.205,- voor de grafrechten; na tien jaar soebatten gunde Zeist mij de graf rechten voor achttien euro voor onbepaalde tijd. 8. Ik dank Coen Schimmelpenninck van der Oije (Rotterdam), erfgenaam en beheerder van het familiearchief, voor zijn toestemming het manuscript van Jo Engelberts en het (nog te behandelen) album van Wilhelmina de Beaufort te mogen inzien. 9. Jonkvrouwe Rhétia, 10. 10. Anna trouwde in 1839 met de jurist en letterkundige Jan Ig natius Daniël Nepveu (1810-1887), griffier van het provinciaal gerechtshof Utrecht. 11. Jaap de Berg, ‘Europa, ach Europa’, in: Trouw van 26 februari 2000 die geen bron vermeldt. 12. Het Utrechts Archief, trouwboek Woudenberg 1901, BS 481, inv.nr 337-23 (akte 12 van 18 juli 1901). 13. C.L. Heesakkers en K. Thomassen, ‘Het album amicorum in de Nederlanden’, in: Alba Amicorum.Vijf eeuwen vriendschap op papier gezet: het album amicorum en het poëziealbum in de Nederlanden, Maarssen-’s-Gravenhage 1990, 9-36, aldaar 24. 14. Autobiography of Uriah Hagans, Toledo 1906, 14. 15. Rob Kammelar, ‘Wie was toch Cornelia Alida de Puij’, in: Zutphen. Tijdschrift over de historie van Zutphen en omgeving, (2020), afl. 3, 87. 16. P. Scheen, Lexicon Nederlandse beeldende kunstenaars 1750 1880, ’s-Gravenhage 1981, 589. 17. H.L. Oort (ed.), P.A. de Génestet Complete gedichten, Amster dam 1934, 175-177. 108 ZUTPHEN 2022 4

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2022 | | pagina 12