Het achterlaten van de vrouwen en kinderen duidde er al op dat het niet om een gewone gar nizoenswisseling ging. Er was meer aan de hand. De uiteindelijke bestemming lag dan ook verder dan Dordrecht. Maurits was bezig troepen te verzamelen om de bezetting van Oostende, dat al enige tijd werd belegerd door de Spanjaar den, te versterken. Door de ligging van Oostende aan zee en de speciale terreinkenmerken rond de stad lukte het de Spaanse belegeraars maar niet de omsingeling ondoordringbaar te maken. Staatse troepen slaagden er telkens weer in het garnizoen van Oostende te bevoorraden en te versterken.18 Het stadsbestuur zag er altijd scherp op toe dat vertrekkende soldaten hun gezinnen mee namen, bang dat de stad anders voor hun le vensonderhoud zou opdraaien.19 Soms zette de schout ze letterlijk buiten de poort. Maar in dit geval was het anders. Maurits zelf had het be vel tot achterlating gegeven. De vrouwen wer den niet alleen ongemoeid gelaten, ze kregen zelfs enige ondersteuning. Maar ook weer niet al te ruimhartig. De Raad van State in Den Haag accordeerde de helft van het serviesgeld, dat de vrouwen van de Oostende-gangers onder nor male omstandigheden zouden hebben ontvan- gen.20 Laatste gevecht Op 19 januari 1602 luidden in Zutphen de klok ken, net als in de rest van de Republiek. Ook liet het stadsbestuur het kanon afvuren en 's avonds was er een dankdienst door dominee Petrus.21 Dat alles om te vieren dat de lang verwachte 'ge nerale storm' van de Spaanse troepen op Oos tende was afgeslagen. Voor de achtergelaten sol datenvrouwen en -kinderen viel er weinig te vieren. De belegering van Oostende zou nog ja ren voortslepen. Of Aucke Riemers, Abbe Sac- kema en al die andere mannen op de monsterrol op enig moment weer zijn herenigd met hun ge zinnen in Zutphen, weten we niet. Voor Rinck van Hittingha werd Oostende zijn laatste strijd toneel. Hij overleed er op 14 maart 1602.22 Niet zeker is of hij door krijgsgeweld omkwam. Hij ligt begraven in de Sint-Radboudkerk van Jor- werd, zijn geboorteplaats.23 B Noten 1. RAZ, archief 0001, inv.nr. 2054. 2. Id., id., inv.nr. 2055. 3. Toelage op de wedde voor kost en inwoning, meestal direct uitbetaald aan de kwartiergever. 4. Willem Frijhoff, 'Zutphens Geschiedenis 1591-1814', in W. Th. F. Frijhoff et al. (red.), Geschiedenis van Zutphen, Zutphen 1989, p.93. 5. RAZ, archief 0001, inv.nr. 2612. 6. Functionaris belast met het regelen van onderdak van in garnizoen komende militairen. Elke soldaat kreeg een biljet met naam en adres van zijn kwartiergever. Zie RAZ, archief 0001, inv.nr. 110 (resolutie 7 juni 1606). 7. Rob Kammelar, 'Piekeniers, musketiers en meer in ZUTPHEN 2016-4, p.112-115. 8. Hopman: later in onbruik geraakte naam voor de rang van compagnies commandant; staat gelijk met kapitein. 9. Ik houd hier de spelling aan van de monsterrol; in andere stukken wordt de naam ook geschreven als Hittinga of Hettinga. 10. Militaire politie; zorgde voor orde en tucht. 11. Zie noot 7. 12. RAZ, archief 0001, inv.nr. 1162. 13. F.J.G. ten Raa F. de Bas, HetStaatsche Leger, deel II, 1913 Breda, p.167. 14. RAZ, archief 0001, inv.nr. 1157. 15. J.E. van der Pluijm, Groenlo in de tachtigjarige oorlog, 2009, p.153, 157. 16. RAZ, archief 0001, inv.nr. 0003 (resolutie 8 nov. 1598). 17. Id., ibid., inv.nr. 0004 (resolutie 29 december 1601). 18. Zie bijv. https://nl.wikipedia.org/wiki/Beleg_van_Oostende 19. RAZ, archief 0001, inv.nr. 0110 (resol. 23 jan. 1954). 20. RAZ, archief 0001, inv.nr. 0004 (resolutie 15 januari 1602). 21. Id., ibid. (resolutie 19 januari 1602). 22. http://www.simonwierstra.nl/HETTINGA.htm 23. http://kerk.jorwert.nl/historie/grafzerken_bestanden/Grafzerken.pdf Zutphen 11 Beleg van Oostende door de Spaanse troepen van aartshertog Al- brecht, 1601-1604. Kaart door Braun en Hogenberg, omstreeks 1610. 2021 1

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2021 | | pagina 11