WIE WAS TOCH...
Diederik van Dorth
(2TJ
Op 26 november 1605 legt Diederik van
Dorth in de raadkamer van het stad
huis de eed af als landdrost van het
graafschap Zutphen. In die functie is hij door de
stadhouder benoemd als opvolger van zijn va
der Seyno van Dorth (H604). Daarnaast is Die
derik van Dorth (*1565 Bathmen), evenals zijn
vader, militair in Staatse dienst. Als kolonel
commandeert hij enkele vendels voetvolk in het
garnizoen van Oostende. In 1602 keert hij met
zijn troepen terug naar het oostelijk frontier
en wordt in 1605 benoemd tot gouverneur van
Groenlo.
Het jaar daarop duikt plotseling het Spaan
se leger op voor Groenlo. Van Dorths garnizoen
telt dertienhonderd man. Na enkele dagen van
beleg weigeren zijn soldaten echter het graaf
werk te verrichten dat nodig is om de verdedi
gingswerken te versterken. Van Dorth roept zijn
kapiteins bijeen. Die verklaren laconiek dat hun
troepen te zwak zijn om de vijand te weerstaan.
Er rest niets anders dan te onderhandelen met
de Spaanse commandant Spinola. Die staat
het garnizoen van Groenlo vrije aftocht toe met
vlaggen, wapens en bepakking. Alleen hun ka
nonnen moeten ze achterlaten. Van Dorth trekt
zich met zijn troepen terug in Zutphen.
De Raad van State is ontsteld over het ver
lies van Groenlo, en roept Van Dorth ter verant
woording. Ook zijn kapiteins worden een voor
een verhoord. Er dreigen disciplinaire maatre
gelen. Maar legeraanvoerder Prins Maurits sust
de zaak. Hij kan de mannen gewoon niet missen.
Of wellicht houdt hij Van Dorth de hand boven
het hoofd uit piëteit voor diens vader, die van
1591 tot 1603 zijn kwartiermeester-generaal is
geweest.
Maurits benoemt Van Dorth zelfs tot gouver
neur van Zutphen. Dat is zeer tegen de zin van
de magistraat, die buitengewoon ontstemd is
over de ruime bevoegdheden die de nieuwe gou
verneur krijgt. Maurits zet door, de magistraat
bindt in en Van Dorth blijft tot zijn dood gouver
neur. Zijn troepen nemen aan tal van veldtoch
ten deel. Zo belegert hij in 1616 het Munsterse
Borculo, dat daarmee in Staatse handen komt.
In 1625 overlijdt Diederik van Dorth te Zut-
phen. De gehele magistraat volgt de baar tot aan
de Nieuwstadspoort, maar acht het te gevaarlijk
om de dode naar Bathmen te begeleiden. Het is
tenslotte oorlog. Hoe dan ook, slechts officieren
van het garnizoen volgen Van Dorth naar zijn
laatste rustplaats.
Pas na Diederiks dood worden zijn vendels
tot een volwaardig regiment in het Staatse le
ger samengevoegd. Later krijgt dit regiment de
naam Oranje Gelderland en zal nog tot eind 18e
eeuw geregeld deel uitmaken van het garnizoen
van Zutphen.
(Rob Kammelar)
Bronnen
- RAZ, archiefnr.
0001 inv.nrs. 5, 7,
841, 2054.
- www.documen-
tatiecentrum-
groenlo.nl: Proces
verbaal van de
hoorzittingen d.d.
14 aug. 1606 over
de overgave van
Groenlo.
Zutphen 117
S"; t a vx> v O
C\ J: A Y y
0 #.1 cQ>J.p '*ïi -yf'
S,,*0
Q~Xp**? V>*V '\'<Mrir&
C2T W jfiAt -
«y
Monsterrol van
de twaalf vendels
van kolonel Van
Dorth in garni
zoen in Zutphen,
20 november
1606.
2020 4