WIE WAS TOCH...
Henricus Fabricius
In 1613 oordelen de classis en de magistraat
van Zutphen dat Henricus Fabricius (*Bonn -
tLeiden 1660) uit Suchtelen een goed predi
kant is en bovendien een goede aanwinst voor
de Gorsselse gemeente. Dat hij ooit begon als ka
tholiek en monnik in Keulen was geweest, is niet
in zijn nadeel; het is in 1613 immers niet gemak
kelijk een predikant te vinden zonder katholie
ke wortels. De Reformatie is hiervoor nog te vers.
Uit de beschrijving van Henricus' "levens han
dels ende wandels" kan bovendien een "suijve-
re leere" worden opgemaakt. Op 29 februari 1613
wordt Henricus daarom aangesteld als predi
kant en ziekentrooster te Gorssel.
Voor Gorssel is hij de eerste eigen predikant;
tot zijn komst is er in Gorssel gepreekt door de
Almense, zij het onregelmatig. Helaas kan de
Gorsselse gemeente niet lang van zijn preken
genieten. Al na een jaar lonkt de stad Zutphen.
Wellicht is dit altijd al Henricus' doel geweest?
Blijft zijn vrouw Lucia Hoenstock in Suchtelen
achter in afwachting van die volgende stap in
zijn carriere? Fabricius verzoekt in ieder geval te
worden overgeplaatst. Inmiddels kent de classis
hem natuurlijk goed en zijn talent is hen opge
vallen. Ze keurt zijn verzoek dan ook goed, "ver
hopende dat sijn woord binnen Zutphen, als een
groten gemeinte sijnde, meer stichtenge als te
Gorssel te konnen doen." Na zijn overplaatsing
in het voorjaar van 1614 komt zijn vrouw samen
met haar zuster Mechteld vanuit Suchtelen naar
Zutphen.
Henricus blijkt inderdaad een ambitieus
man, want in 1620 vertrekt hij naar Leiden, waar
hem een nog grotere gemeente wacht. Hij krijgt
daar de kans zich te profileren als een fanatiek
contraremonstrant, aangezien Leiden op dat
moment het brandpunt is van de geloofsstrijd
tussen de remonstranten en de contraremon
stranten. De remonstranten, die onder andere
de leer van de predestinatie verwerpen, zijn vol
gens hem vertegenwoordigers van een "grouwe-
lijcke dwalinghe en blasphemie". Zijn fanatisme
wordt vereeuwigd in het werk van Joost van den
Vondel. Zo noemt hij Henricus spottend "Paap
Henrix" en schrijft in 1625:
"Vergeefs hebt gy gestreen met Willem van Oranje,
En voor de borst gehad de monarchy van Spanje.
Een lichte monnik, diezyn kap hing op den tuin,
Stelt Leiden nu de wet, en maekt zich 's volks Tri-
buin" (Mirjam van Velzen-Barendsen)
Bronnen en litera
tuur:
- RAZ, archief 0001
inv.nr. 6, 0063
inv.nr. 79, archief
0283, inv.nr. 1.
- H. Fabritius,
Copie, aende edele
groot-moghende
heere Staten van
Hollandt ende
West-Vrieslandt
(1630).
- J.F.M. Sterck e.a.,
De werken van
Vondel. Tweede deel
1620-1627 (1929).
- J. van den Vondel,
Palamedes oft Ver
moorde onnoosel-
heyd (1625).
Zutphen 21
De Weegschaal door Salomon Savery (1618).
Politieke allegorie op de overwinning van de
contraremonstranten. Op de weegschaal wor
den de argumenten van de contraremonstran
ten en de remonstranten tegen elkaar afgewo
gen. Prins Maurits doet de balans ten gunste
van de contraremonstranten doorslaan door
zijn zwaard op de weegschaal te leggen.
2020 1