pas sinds 1995.4 Zijn we toch nog een beetje vic
toriaans?
Onze ideeën over humor zijn ook veranderd.
Er bestond, niet eens zo lang geleden, een hu
moristisch tijdschrift De Lach. Daar kunnen we
niet meer om lachen; dat tijdschrift bestaat niet
meer. Zouden de figuren in de zijbeuk, de boos
kijkende man, het broekloze vrouwtje niet sim
pelweg als eigentijdse humor bedoeld zijn ge
weest?
Gelukkig hebben we informatie over de hu
mor van die tijd. Frangois Rabelais (1483 - 1553)
schreef in die tijd met veel succes boeken over
Gargantua en Pantagruel. Naar onze (huidige en
lokale) begrippen varieert de humor daarin van
flauw via plat tot wat we ook nu nog geestig vin
den. Als we ons beperken tot een heel hoofdstuk
over het uitvinden van een gatwisser door Gar-
gantua of 'Hoe kleine regens grote winden neer
slaan', over waarom de bouten van een juffer
tje altijd fris zijn, of het betoog van Panurg over
een geheel nieuwe manier om muren om Pa
rijs te bouwen, om maar een klein aantal voor
beelden te noemen, dan hebben we een redelijk
beeld van wat toen leuk gevonden werd, en niet
alleen in Frankrijk. Er is een groeiende stapel li
teratuur over humor in vroeger tijden. Zo heeft
Johan Verberckmoes een proefschrift geschre
ven over lachen in de 16e en 17e eeuw. Hij maak
te gebruik van geschreven bronnen. Het gaat
dus niet om sculpturen, maar er is weinig reden
om te veronderstellen dat zoiets veel uitmaakt
voor het lachen ergens om. Volgens de titel
gaat het over de Zuidelijke Nederlanden, maar
niet alleen blijkt dat al te eng benoemd, ook
was voor de Opstand het onderscheid tussen
Noord en Zuid niet zo groot. Als er één ding op
valt aan de humor van die dagen, is het wel dat
er niets lachwekkender was dan een blote kont.
Zo bezien kan het vrouwtje plassen, poepen, een
scheet laten, maar ook simpelweg bloot zijn. Op
vallend is, noteert Verberckmoes, dat seks zel
den voorkomt in de grappen van die tijd.5 Er
werd geschreven over het lachen, onder andere
door Erasmus en er werden grappen verzameld
in Kluchtboecken. Rest nog de vraag waarom er
106 ZUTPHEN
Man naast het vrouwtje en planten.
i8MSS
2019 4