Uitbreiding Baudartius
Lyceum in gebruik genomen
aantallen tegelijk zijn weggenomen uit een
kastje in één der museumzalen waarin ze wer
den bewaard.
Via een reeks van kopers en verkopers -
veelal te goeder trouw geweest zijnde mun-
tenverzamelaars - volgt de politie een spoor
dat naar de dader(s) kan leiden.
21 oktober - Vrijdagmiddag werd het nieuwe
gedeelte van het Baudartius Lyceum officieel
in gebruik genomen. "Nu, na 47 jaar, hebben
we een school die is ingericht naar de eisen
des tijds en die gereed is om in het kader van
de uitvoering van de Mammoetwet volgend
jaar haar plaats als scholengemeenschap in
te nemen, met afdelingen gymnasium A en
B, atheneum A en B en havo". Die woorden
sprak de heer W.F.C. v.d. Broek, voorzitter
van de Vereniging tot stichting en instandhou
ding van een christelijk lyceum voor Zutphen
en omstreken.
Voor tal van vertegenwoordigers van ge
meente, onderwijsinspectie en ministe
rie van onderwijs memoreerde de heer V.d.
Broek dat de school op 2 september 1920 was
begonnen met twee klassen aan de IJsselkade
in twee herenhuizen. In de jaren dertig was
het gegroeide leerlingenaantal reden om uit
te zien naar een ruimere behuizing. Per 1 mei
1940 werd het aangrenzende herenhuis aan
gekocht en niets scheen de uitvoering van het
door het ministerie goedgekeurde uitbrei
dingsplan in de weg te staan. Tien dagen later
brak de oorlog uit. De IJsselbruggen werden
opgeblazen en het schoolgebouw werd aan
zienlijk beschadigd. Na herstel van de schade
deed het gebouw dienst tot 1944, toen de be
zetters het sloopten, om schootsveld naar het
westen te krijgen.
Na de bevrijding werden in een aantal over
de binnenstad verspreide lokaliteiten de les
sen hervat. Van 1945 tot 1951 vond het ly
ceum onderdak in het Binnengasthuis van het
Oude en Nieuwe Gasthuis. Voor nieuwbouw
wees het gemeentebestuur een terrein aan de
Isendoornstraat aan. Hier werd in 1949 met
de bouw begonnen en in 1951 kon de nieuwe
school in gebruik worden genomen.
"Hoewel dankbaar, waren we niet voldaan.
Het bouwplan was duchtig besnoeid: geen
gymnastieklokaal, geen aula, geen overblijflo
kaal, geen conciërgewoning, geen practica
voor fysica en biologie. De gangen waren te
smal, de leslokalen te klein, 6 x 6 meter. Een
verzoek om met het oog op het aantal leerlin
gen per klasse er tenminste 6 x 7 meter van te
maken werd afgewezen. De ambtenaar meen
de dat met kleine lokalen de aandrang om
de klassengrootte te verkleinen des te sterker
zou zijn", aldus de heer v.d. Broek.
Al in 1959 werd de eerste uitbreiding in ge
bruik genomen: vier lokalen aan de Nieuw-
stad met daarboven een overblijflokaal met
kantine, een conciërgewoning en aan de
noordkant een gymnastieklokaal, tevens aula.
Omdat het aantal leerlingen bleef groeien,
was al spoedig een nieuwe uitbreiding nood
zakelijk. Goedkeuring van het ministerie
werd in 1961 verkregen. Ten gevolge van
ambtelijke wrijvingen bij de aankoop van
grond traden grote vertragingen op, waar
door toestemming tot gunning van de bouw
pas in 1965 volgde.
(foto Zeylemaker, Stedelijk Museum Zutphen)
^utphen - 2017/4