de coalitiewet, waarvan men op zijn gunstigst hopen kan dat zij onschadelijk moge zijn. Dat was een steen die gij het volk schonk, dat om brood vroeg, dus nog erger dan Uwe handel wijze om woorden voor daden dienst te laten doen', aldus de redactie van de Nieuwe Zutp hensche Courant. Tegen de inkomstenbelasting Met hand en tand verzetten de conserva tieven zich tegen de plannen van het kabi- net-Thorbecke III tot het invoeren van een inkomstenbelasting. De breedste schouders zouden de zwaarste lasten te dragen krijgen. Dat het kabinet als compensatie het paten trecht en de accijns op vlees wilde laten vallen - dat laatste gunstig voor de lagere inkomens groepen - kon de conservatieven niet van gedachten doen veranderen. In het artikel 'De Ontmaskering' schetste de Nieuwe Zut phensche Courant (1 mei 1872) waartoe zo'n inkomstenbelasting wel niet allemaal kon lei den. Het artikel eindigde met: 'De discussie over de inkomstenbelasting heeft ons geleerd dat wij onder de tegenwoordige Regering on beschermd staan tegen de communistische aanvallen. En de handhaving van zulk eene regering wagen sommige leden van de Ne derlandse Volksvertegenwoordiging nog te noemen een politieke noodzakelijkheid!' En passant werd ook de liberale pers op de kor rel genomen: 'Hieruit blijkt alzoo, dat wie de "liberale" pers tot maatstaf neemt ter beoor deling van de volksstemming, daarbij op een weinig vertrouwbare getuige afgaat.' De nieuwe inkomstenbelasting kwam er niet. Op 2 mei 1872 stemde de Tweede Ka mer in meerderheid tegen. Thorbecke dien de het ontslag van zijn kabinet in. Vooral de verdeeldheid in Thorbeckes eigen liberale fractie brak het kabinet op. De Nieuwe Zutphen sche Courant (8 mei 1872) begon zijn hoofd artikel triomfantelijk: 'In langen tijd hebben wij, op politiek gebied, géén dag beleefd zoo gewichtig voor ons vaderland als Donderdag, de 2 e Mei, mag genoemd worden.' In het ver volg van het artikel verkneukelde de redactie zich vooral over het gebrek aan eensgezind heid onder de liberalen. De hoofdartikelen ademden voortdurend dezelfde anti-liberale, conservatieve geest, en twee jaar na het verschijnen van de Nieuwe Zutphensche Courant - de toevoeging voorheen De Omroeper is inmiddels verdwenen - waren de kaarten wel geschud. Het was duidelijk dat de krant een tegenwicht wilde vormen tegen de vooruitstrevend-liberale Zutphensche Cou rant en zijn redacteur Pekelharing, die een aanhanger was van het zgn. kathedersocialis me, een uit Duitsland overgewaaide liberale stroming die stond voor overheidsregulatie bij de verbetering van werk- en leefomstan digheden van de arbeidende stand. Van deze vernieuwingsdrang moesten de conservatie ven en hun Nieuwe Zutphensche Courant niets hebben. Zij waren niet tegen verbetering van het lot van de arbeider, maar vonden dit een zaak tussen patroons en werklieden. De over heid diende zich daar niet mee te bemoeien. Het einde Terwijl De Zutphensche Courant na 1870 door het aantrekken van uitstekende medewerkers en correspondenten een landelijke uitstra ling wist te bereiken, is de betekenis van de Nieuwe Zutphensche Courant het lokale niveau nooit ontstegen. De Zutphensche Courant groei de in de loop van de tijd door naar zes edities in de week, terwijl de Nieuwe Zutphensche Cou rant bleef steken op twee edities. Vooral na 1914 liep het aantal abonnees sterk terug. De neergang van de Nieuwe Zutphensche Courant viel in een periode waarin de troonrede van 16 september 1919 gewaagde van de zorge lijke economische positie van ons land, die een steeds ernstiger karakter aannam door dat handel en nijverheid ten gevolge van de ^utphen - 2017/3 81

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2017 | | pagina 17