Over Zutphen en historische
stadsbibliotheken
Willem Frijhoff
Er is minstens één Zutphenees in de geschiedenis geweest wiens werk onder het stof van
de geschiedenis vandaan gehaald moet worden stelt Willem Frijhoff in zijn lezing tijdens
de presentatie van het boek Historische stadsbibliotheken in Nederland op 3 november
2016. Dat was Johannes Lomejer (1636-1699). Een Zutphense sleutelfiguur in kerk,
school en boekerij.
Op het eerste gezicht ligt er iets dubbelzin
nigs in de aanbieding van een boek over
historische stadsbibliotheken in de St. Wal-
burgiskerk te Zutphen. Is de Librije wel een
stadsbibliotheek? Sterker nog: hoe staat het
vanouds met boeken en leescultuur in Zut
phen? Meer dan naar het product 'boek' als
zodanig, kijkt een cultuurhistoricus graag
naar de voorwaarden, de context en de im
pact van boekproductie en bibliotheekstich
tingen. Zutphen blijkt dan een bijzonder
geval. Vanouds telt de stad musea en biblio
theken, maar de boekproductie in strikte zin
van het woord nam er maar een bescheiden
plaats in. Zutphen is eeuwen lang een stad
van ambtenaren, juristen, adel en regenten
geweest, kortom een stad van bestuurders en
doeners die wel veel lazen, maar geen echte
intellectuelen waren. Het miste de voedings
bodem voor een volwaardige boekproductie
- en wanneer boeken op grote schaal werden
geproduceerd, was dat ook weer in de prakti
sche sector: denk aan Thieme en zijn school
boeken. Maar juist aan de praktische kant van
het boekenbedrijf staat de bibliotheek, en
daarvan levert Zutphen al vanaf de late mid
deleeuwen veel mooie voorbeelden, met het
boekenbezit van de grote kloosters, zoals het
Adamanshuis, het Heer Hendrickshuis, het
Rondeel of het Isendoornklooster, de domi
nicanen en de franciscanen, maar ook van de
stedelijke overheid en de St. Walburgiskerk.
De fresco's aan de gewelven van de Broede
renkerk tonen de grote magisters van de orde
nog en leggen getuigenis af van hun geleerd
heid. En we zien die liefde voor het woord
ook in het gebruiksboek, zoals het befaamde
Zutphense Liedboek, of de vriendenalbums
van gegoede Zutphense dames uit de late zes
tiende en de zeventiende eeuw die recent in
de aandacht zijn komen te staan. Er was een
breed geletterd milieu dat boeken, letteren,
levenswijsheid en sociabiliteit samenbracht
tot een hoogstaande levensstijl.
Als de oudste stad met stadsrecht van Gelre
had Zutphen een duidelijk juridische functie
ten aanzien van de rest van het gewest. Die
weerspiegelt zich tot de dag van vandaag in
de rechtbank (al is het voortbestaan daarvan
serieus bedreigd). Al in de middeleeuwen was
de plaatselijke elite relatief hoog geschoold,
mede dank zij de geestelijke stichtingen in de
kerken en kapellen (de vicarieën en preben
den) die vaak voor studiedoeleinden werden
gebruikt en ook na de Reformatie daarvoor
bestemd bleven. Er was al vroeg een grote
school, en de dominicanen doceerden filoso
fie in hun klooster. Later was er een redelijk
bloeiende Latijnse school, de basis van alle
lokale cultuurproductie, maar de beroemde
^utphen - 2017/2
35