Paraat, maar niet van harte
Zutphen tijdens de mobilisatie van 1870
Rob Kammelar
In de I9e eeuw hadden zowel Frankrijk als Pruisen begerige blikken laten vallen op
Nederlands grondgebied. Keizer Napoleon III aasde op Luxemburg - dat in een perso
nele unie met ons land verbonden was - als compensatie voor Pruisische gebiedsuitbrei
dingen. Het expansionistische Pruisen werd er van verdacht Limburg, dat nog tot 1866
deel had uitgemaakt van de Duitse Bond, te willen annexeren. Het was dus niet vreemd
dat Nederland zijn leger mobiliseerde, toen in juli 1870 een oorlog tussen Frankrijk en
Pruisen onvermijdelijk leek. Hoe die mobilisatie verliep in vesting- en garnizoensstad
Zutphen, vertelt het volgende verhaal.
Troepenbewegingen
Vrijdagavond 15 juli 1870 besloot de Neder
landse regering tot mobilisatie, onmiddellijk
nadat Frankrijk zijn strijdkrachten gemobili
seerd had. Het Zutphense garnizoen bestond
op dat moment uit vier compagnieën van het
3e Regiment Vestingartillerie en twee eska
drons van het 4e Regiment Huzaren. Maar dat
veranderde snel. Er werden vier lichtingen
militiereserve opgeroepen, waardoor het gar
nizoen flink in omvang toenam. Tegelijker
tijd werden de meeste vestingartilleristen per
direct overgeplaatst naar andere vestingen en
forten van de IJssellinie.1 Een klein detache
ment kanonniers bleef hier om het Zutphen-
se geschut te bemannen. Ook de huzaren -
reserve-eskadron en depoteskadron van het
regiment - bleven in Zutphen.
Bovendien werden drie compagnieën in-
Tijdens de mobilisatie van 1870 fungeerde Zutphen nog als vesting in de verdedigingsstrategie van het Ne
derlandse leger. Hier de wallen van het Traliebolwerk, gezien vanuit het noorden, met rechts de Kruittoren
(op het huidige Stationsplein) en de - inmiddels verdwenen - cavaleriemanege. Aquarel door Willem van
der Worp, 1862. (Stedelijk Museum Zutphen)