■ttr-^5'- ft-
-ti-u-U "rl7T;i
J//?*
11 - ^rfj Wi> rPiyu1
YAv'i OC-M-^lO n& ■VM»
ly-v^-S MluVAtfw^ „3j-V -S-ö«-Ju!^?
<*3aIt*^\"\\-«Avwa3 -iA* Av^ (TTo O-^U-^ (\i O M
<V vA> ^v Aw).lvii»r '^r^l~p
Op 9 mei 1597 wordt Mr. Hans Praum Scharprich-
ter voor het eerst in het Zutphense Waarboek
genoemd. Hierin werd nauwkeurig genoteerd wie
er het recht bezat gebruik te mogen maken van de
Zutphense stadsweiden. Mensen met een dergelijk
recht mochten dan twee koeien op de stadswei
den laten grazen. Deze inschrijvingen verschijnen
jaarlijks. Op 7 mei 1604 wordt 'Mr. Hans Praum,
Scharprichter' voor het laatst in dit Waarboek
genoemd.18
Scarp Richter alsnu tho Zutphen aengenomen' bij
te dragen.13
Op 18 januari 1596: Den scharprichter
[Praum] op reekeninge van sine gagie betalet 5
Carolus gulden, facit 3 gulden'}4
Op 4 februari 1596 worden de inkom
sten van de scherprechter vastgelegd, boven
'tgeene den Scharprichter vanden Gewaldigen [is
toegesecht'. Ook wordt hem dan de 'vriheit van
Accis und Impost voer sijn selffs' verleend, met
vrije woning en kleding. Deze vrijstelling
van accijnzen was niet alleen een recht van
de Zutphense scherprechter, maar ook 'sedert
ondenklijke tijden' een verworven recht van de
scherprechters in Zwolle, Deventer en Kam
pen.15
Op 26 maart 1596 wordt in de stadsreso-
luties 'op Supplicatie des Scharprichters Hans
Praum' de financiële verrekening vastgelegd
vanwege het verhoor, pijniging en verbran
ding van Elze Scheepers 'weegen examinatie
van Elze Scheepers'. Hij krijgt van stadswege
totaal 20 dalers en 20 stuivers uitbetaald. De
werkelijke afrekening vinden we in de stads
rekeningen op 28 maart 1596. Daar wordt
aan M[eester] Hans Praum Scharprichter van
verhoer, pijninge, bewaringe vnd verbarninge [ver
branding] des dooden lychams van Elze Scheepers
bij eenen Eers[amen] Raadt vermuege des Me-
Inschrijving Mr. Hans Praum in het Waarboek Zut
phen, 1604. (Collectie Regionaal Archief Zutphen)
Chronologische lijst met scherprechters te Zutphen 1595-1804
I Hans Pruijm [Praum, Pfraum] 1595-1604
II Hans Knutell 1605
III David Rinders 1606
IV Jacob Mosel (Moezel) 1606
V Peter Pouwels/Pauls (de Bruijn) 1606-1628
VI Hans Lodewijck (Lodewich,
Lu d wig) 5 1629-1636
VII Jan Christiaens
(Wijns,Van Anholt) 1637-1641
VIII Andries Hanssen Kellenaer/
Kelner 1641-1646
IX Herman Jurriens Havestadt 1646
X Aelbert Hermensen Gangeloff 1646-1648
XI Diderich Snijder (Schneider) 1649-1656
XII Elsken Snijder-Möller6 1656-1658
XIII Philipp Gercken
(van Gorcum)7 1658-1670
XIV Andreas Andriessen
(Kellenaer/Kelner)8 1668-1669
(waarnemend)
XV Hendrick Kleemann (Clemant)9 1670
XVI Hans Henrich Kahle (Kall) 1671-1693
XVII Philipp Schneider (Snijder)10 1694-1709
XVIII Johannes van Anholt 1709-1750
XIX Johan Hendrik van Anholt 1751-1754
XX Andries van Anholt 1754-1776
XXI Anna Catharina van Anholt-
Snijder11 1776-1789
XXII Hans Jurien van Anholt 1789-1804
Zutphen - 2016/4 107