een verzoek tot terugbetaling van vier maan
den kostgeld a 64, - dat in juni 1804 werd
ingediend door de raad van Zutphen bij de
Raad der Marine in Den Haag.10
Uitwisseling en verdere loopbaan
Zijn verblijf in Zutphen was van betrekkelijk
korte duur. In het voorjaar van 1804 werden
honderd Bataafse krijgsgevangenen uitgewis
seld tegen een zelfde aantal Britten die in de
Bataafse Republiek gevangen zaten. Charles
Jeffreys was een van hen.11 Na terugkeer in
Groot-Brittannië zette Jeffreys zijn loopbaan
bij de marine voort. De maanden die hij in
krijgsgevangenschap had doorgebracht, be
nadeelden, voor zover bekend, zijn loopbaan
niet. Op 8 maart 1805 werd hij tot luitenant
bevorderd.12 Helaas is nog niet helemaal dui
delijk hoe zijn loopbaan zich in de jaren tus
sen 1805 en 1813 ontwikkelde. In augustus
1810 trouwde hij met Jane Gill uit Londen en
in 1813 kreeg hij het bevel over de brik Kan
garoo. In augustus 1813 vertrok de Kangaroo
met het zusterschip Emu naar Australië om
in de wateren rond de zuidoostkust van het
nog grotendeels onbekende continent kolo
niale dienst te gaan doen. Aan boord van de
Kangaroo was ook zijn echtgenote. Dat was in
die tijd beslist niet ongebruikelijk.13
Op 30 april 1810 had Lachlan Macquarie,
de gouverneur van de staat Nieuw-Zuid-Wales
de regering in Londen gevraagd hem twee
brikken ter beschikking te stellen.14 Omdat
alle beschikbare schepen werden ingezet in
Europa, duurde het lang voor het verzoek
van de gouverneur werd beantwoord.15 Pas
op 10 januari 1814 zeilde de Kangaroo de
baai van Sydney binnen. De Emu was op de
Atlantische Oceaan door een Amerikaan
se kaper opgepakt.16 Na aankomst wilde de
gouverneur uitleg over de duur van de reis.
Waarom was de Kangaroo zeven maanden
onderweg geweest? Jeffreys legde uit dat hij
op bevel van een meerdere twee weken op
Madeira had moeten wachten en bijna een
maand in Rio de Janeiro had gelegen om
vers voedsel en water in te nemen. Bovendien
moest de scheepshuid worden gebreeuwd.
Zijn schip was nogal gevoelig voor lekkages,
omdat het van jong hout was gebouwd. Aan
Kaap de Goede Hoop had hij enkele weken
oponthoud gehad in verband met stormscha-
de.17 In februari 1814 kreeg Jeffreys opdracht
te helpen bij het overbrengen van de nood
lijdende bevolking van het eiland Norfolk in
de Stille Oceaan naar Tasmanië. In verband
met een ernstige ziekte van zijn echtgenote
droeg hij het bevel over de Kangaroo over
aan een collega en bleef in Sydney.18 Later
dat jaar kreeg hij andere opdrachten en de
luitenant meldde zich telkens te laat terug.19
In een brief aan zijn superieuren in Londen
vertelde de gouverneur dat hij van een van de
officieren van de Kangaroo had gehoord dat
Jane Jeffreys de oorzaak was van de langduri
ge reizen van de Kangaroo. 'Zij wilde overal
aanleggen en iedere baai en inham bekijken'.
De gouverneur wilde Jeffreys voortaan verbie
den zijn vrouw mee aan boord te nemen.20 In
april 1815 kreeg Jeffreys opdracht een aantal
onderofficieren en soldaten van het 73ste re
giment en 19 vrouwen en 45 kinderen naar
Ceylon te vervoeren. De Kangaroo vertrok op
19 april uit Sydney en keerde bijna een jaar
later, in februari 1816, terug. Opnieuw was
de gouverneur 'unpleasantly surprised' door
zijn lange afwezigheid. Volgens hem waren de
brik en zijn commandant niet geschikt voor
hun taak. Later bleek dat Jeffreys onderweg
naar Ceylon een nieuwe weg door het toen
grotendeels onbekende Great Barrier Reef
had gezocht en gevonden door het 'labyrinth
van Cook' dat zeevaarders 45 jaar lang had
den gemeden.21
Een zeebouwer wordt landbouwer
In april 1817 kregen de Kangaroo en haar
bemanning opdracht terug te keren naar En-
^utphen - 2016/3 71