henn de mith dussen unsen breve ersocht werden
den sehen, lesenn edder horenn lesenn den gerorten
verordentenn [volgt een specificatie] vestlich
unnd unverbrocklich toholdennen. Ofwel: En be
velen al onze ambtenaren, drosten, rentmees
ters, rechters en voogden4 en al onze andere
bevelhebbers en onderdanen zich aan deze,
onze, brief, of ze de betreffende verordening
nu zien, lezen of horen lezen vastelijk en on
verbrekelijk te houden. Om aan te geven dat
het een serieuze zaak is, staat aan het eind
van de brief dat de graaf zelf zijn handteke
ning er onder heeft gezet en het bekrachtigd
heeft met zijn eigen (secreet, vaak vertaald
met geheim-) zegel en wel op 1 mei 1540. Toe
Orkunde mith unssellffs handt undertekent unnd
angedruckten unnsen secreet segell witlichenn be-
vestigett indem jaere nha Christi geboert unnses
hernn, dusent vyffhundert unnd veertig, den ersten
dach maij. Arndt.
Dat, misschien met enige moeite, de brief
vanuit Bentheim voor ons nog wel te vatten
is, is niet verbazingwekkend. Bentheim ligt
vlak over de huidige grens. Maar ook de brief
van de Deense koning (1824/1), eigenlijk
van zijn stadhouder van Sleeswijk-Holstein, is
redelijk goed te volgen. Lees even een stukje
mee: Wy des dyrchhluchtycstenn groitmechtigenn
hoichgeboren ffursten und hernn hernn Christians
Lübeck vanuit het noordoosten. Houtsnede uit de
Schedel'schen Weltchronik van Hartman Schedel
(Nurnberg 1493).
tho Denmarcken Norwegen der Wenden und Gotten
khoninges, herthogen tho Sleszwigk Holstenn [en
zovoort], stadtholder in den ffurstendomen
Sleszwigk Holstennen und Stormrn etcetera, beken
nen hijr mit vor idermenningen, dat de gedepu
teerden van Nymwegen, Ruremonde, Zutphenn
und Arnheim in uitgebreide bewoordingen
een vrijgeleide krijgen. Men sprak over een
enorm gebied nagenoeg dezelfde taal. Dat
bevorderde het handel drijven.
Niet alle stukken zijn geleidebrieven in de
zin dat ze de drager zouden beschermen.
In het archief ligt ook een bekendmaking,
gedaan op verzoek (er staat uut bevele) van
de bisschop van Munster (1805/20). De be
kendmaking hield in dat onse genedige lieve heer
van Monster myt deer ersamer stat van Groeningen
in enen bestande steet. De bisschop van Munster
en de stad Groningen hadden het weer eens
met elkaar aan de stok gehad. Maar nu (16
december 1480) was er een bestand gesloten
en bis de hoechtyd Paeschen nu naest tokommen-
de zou het vast wel duren. Extra interessant
is, dat er ook een brief is, vanuit Zutphen,
waarin staat dat burgers van Groningen
^utphen - 2016/3
77