Oranje weer boven antwoordden die provocatie op 17 december 1783 met het verbod aan de officieren van de Nieuwstadscompagnie om naar hun hopman te luisteren als hij nog eens zoiets wilde on dernemen. Bovendien gingen de andere vier hoplieden - allen prinsgezind, hoewel hun manschappen in meerderheid met de patri otten heulden - mee in de wapenwedloop, hoewel dat in hun geval op kosten van de stad moest gebeuren. De heer van Rijsselt is wat het exerceren betreft uiteindelijk toch door de knieën gegaan. Op 12 maart 1784 vroeg hij netjes om verlof voor wapenoefeningen met zijn compagnie. Dat werd prompt ver leend. Hij kreeg de stadsmanege toegewezen en bij goed weer de Varkensweide. Tot inzet van de burgercompagnieën voor een gewelddadige patriotse omwenteling is het in Zutphen niet gekomen. Wel bleven zich aller lei botsingen voordoen tussen de magistraat enerzijds en de gemeente, burgercomités en manschappen van compagnieën anderzijds, maar dat had nog niet tot ernstige ongeluk ken geleid toen de prinsgezinde partij de stad in het midden van 1787 onverwachts weer volledig in haar greep kreeg. Een toevallige opeenhoping van vecht- en schietincidenten tussen Zutphense burgers en militairen van het zeer oranjegezinde garnizoen escaleerde op 25 juni 1787 tot de situatie dat 'Oranje boven' schreeuwen de soldaten onder het inslaan van ruiten in groepjes door de stad trokken. Om hen te bedaren kwam de heer van Suideras op het idee om samen met commandant Van Hee- ckeren getooid met oranjekokardes door de stad te paraderen. Vertoon met oranje ver sierselen greep als lopend vuur om zich heen. Veel burgers, ook patriotten die bang waren voor wraakacties, beplakten hun huizen met oranjepapier. Dat bracht kalmte. In de nacht van 25 op 26 juni maakte een inzameling van wapens de burgercompagnieën onschadelijk. Zo werden de Zutphense patriotten zonder veel geweld uitgeschakeld. Na de zege van de prinsgezinden was het gedaan met de politieke woordenstrijd in het Zutphense memorie- en resolutieboek. Het bevatte voortaan alleen nog het verslag van alledaags magistraatswerk. De heer van Rijsselt ontvluchtte de stad, en dien de in oktober 1787 gedwongen zijn ontslag in. Verstege mocht vanwege zijn lange staat van dienst zijn schepenzetel nog even behouden, maar werd in februari 1788 niet herbenoemd. Hun opvolgers in het stadsbestuur waren trou we orangisten. De Rode van Heeckeren vond zichzelf opnieuw uit en werd prinsgezind. Noten 1 Regionaal Archief Zutphen, Oud-archief van de stad Zutphen (OAZ), inv.nr. 50, 22 februari 1781. 2 OAZ, inv.nrs. 1-72. De notulen van de spannen de patriottenjaren 1783-1787 staan in inv.nrs. 51-55. 3 OAZ, inv.nr. 51. 4 OAZ, inv.nr. 52, onder datum 16 december 1783. Het geheime resolutieboek zelf is spoor loos verdwenen. Literatuur - J. Baartmans, Robert Jasper baron van der Capellen tot eden Marsch (1743-1814), Hilversum 2013. - W. Frijhoff, 'Zutphens geschiedenis, 1591 1814', in W.Th.M. Frijhoff e.a. (red.), Geschiede nis van Zutphen, Zutphen 1989. - A.H. Wertheim-Gijse Weenink, 'Gelderland 1672-1795', in J.J. Poelhekke e.a. (red.), Geschie denis van Gelderland 1492-1795, Zutphen 1975. - H.A. Weststrate, Gelderland in den patriottentijd, Arnhem 1903. In maart 2016 verschijnt van Bert Koene de biografie van A.R. van Heeckeren tot Suideras. Op de jaarvergadering van de historische vereniging zal de auteur hierover een lezing houden en het eerste exemplaar overhandigen aan de burgemees ter van Zutphen. ^utphen - 2015/4 111

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2015 | | pagina 15