de patriottenbeweging in deze stad tot heftige tegenstellingen heeft geleid. Links: Frederik Benjamin van der Capellen door een onbekende kunstenaar (foto: Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie); midden: Robert Jasper van der Capellen tot den Marsch, portret door A. Kaldenbach, 1777 (Stedelijk Museum Zut- phen); rechts: silhouetportret van August Robbert van Heeckeren door een onbekende kunstenaar, met een rijmpje door C. Pantekoek, frontispice van de Apologie van A.R.Vrijheer van Heeckeren tot Suide- ras, 1797 (foto: Koninklijke Bibliotheek). was zijn vervanger. De burgemeesters waren eersten onder gelijken: hun stem telde in de raadsvergadering niet zwaarder dan die van hun collega's. Een bijzonderheid van de Zutphense magis traat was dat hij tot het einde van het stadhou derlijk tijdperk vaak voor de helft of bijna de helft uit edellieden bestond. Om niet de kans te lopen dat de stad feitelijk onder bestuur van de Ridderschap zou komen gold daarom de regel dat een edelman niet tegelijk schepen en ridder mocht zijn. Andere steden kenden zo'n bepaling niet. Het grote gewicht van de adel droeg sterk bij aan de prinsgezinde, be houdzuchtige signatuur van het stadsbestuur van Zutphen. Het is dan ook geen wonder dat De directe aanleiding tot de opkomst van de patriotten was het catastrofale verloop van de in december 1780 uitgebroken Vierde En gelse Oorlog, waardoor de economie grote schade leed. Maar de reden dat de beweging zo aansloeg lag dieper. Er was een reservoir van al veel langer opgekropte onlustgevoe lens. Onder de patriotten vond men dan ook vogels van zeer diverse pluimage. Wat zij gemeen hadden, was hun afkeer van het stadhouderlijk bewind en van de regenten die het in stand hielden. De onvrede met het politieke stelsel was het meest verbreid onder de middenklasse van ambtenaren, beoefe naars van vrije beroepen, ambachtslieden en handeldrijvenden. Zij waren door adel en ste delijk patriciaat steeds buiten het openbaar bestuur gehouden, maar eisten nu 'volksin vloed'. Met dat volk bedoelden zij overigens alleen zichzelf, de fatsoenlijke burgers, niet het proletariaat van ongeschoolden en wer kelozen. De patriotten waren in Zutphen niet zonder stem in het stadsbestuur. Drie van de twaalf schepenen kozen namelijk hun kant. 106 ^utphen - 2015/4

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2015 | | pagina 10