Slindewater en een schets
van de Librije
Jan Frings
De tekst van de schets
-fry* It j Vt* M<
\jvrti' i ,.^«v \vj_ 4il f
w&*V Jf
stt VK'ïC.y dj
Fig. 1 Schets van de Librije, ca. 1555. (scan: RAZ)
In het Zutphense archief (RAZ) ligt een curieuze schets van de Librije.1 Dat is al geruime
tijd bekend. Ruim honderd jaar geleden is dit stuk als volgt beschreven: 'Aantekeningen
van C. Slyndewater op losse stukjes papier behorende tot het kerk-archief'.2 Verder
staat erbij: 'Een soort van ontwerp voor de Librye, dat echter niet duidelijk is. Op den
keerzijde de byna onleesbare pestbrief'. Die beschrijver was K.O. Meinsma, een man die
van grote betekenis is geweest voor de Librije. Sindsdien staat dit document bekend
als een 'aan Slindewater toegeschreven schets van de librije'. Naar aanleiding van
het 450-jarig bestaan van deze Librije is de tekst op deze schets (en nog wat andere
documenten) getranscribeerd.3 Wie waren die Slyndewater, of Slindewater, en die
Meinsma dan wel? Dat komt nog aan de orde, maar eerst die schets.
Allereerst is van belang wat op die schets (fig.
igeschreven staat. Die tekst staat verdeeld
over de pagina. Voor een deel staat de tekst
verticaal. Ook heeft de maker ervan met let
ters aangegeven waarvoor het geschrevene
geldt. Daarom staat hierna aangegeven op
welke plaats die getranscribeerde tekst staat.
De letters kunnen daarbij helpen. Wat tussen
rechte haken staat is interpretatie of onlees
baar. Onder de transcriptie (cursief) staat een
hertaling in hedendaags Nederlands.
48 ^utphen - 2015/2