zich zorgen makend over de psychische toe
stand van zijn zoon, het plan opvatte om met
hem naar Ramaer te gaan voor een consult.
Vlak voor het vertrek naar Den Haag kneep
Vincent er echter tussenuit. Zijn vader ging
vervolgens alleen en besprak de problemen
van zijn zoon met Ramaer. Deze opperde het
vermoeden van een aandoening van de klei
ne hersenen bij Vincent, dit zonder hem dus
te onderzoeken.17
Vanaf 1872 werkte Ramaer nog als inspec
teur der Gestichten voor Krankzinnigen in
Nederland. Ook in die functie bleef hij ijve
ren voor verbetering van de zorg voor psy
chiatrische patiënten.
Hij verhuisde in maart 1886 naar Haarlem,
waar hij op 2 november 1887 overleed; zijn
vrouw was hem vier jaar voorgegaan in de
dood. Hij werd begraven in Haarlem. Bij het
later ruimen van zijn graf werd het grafmo
nument als eerbetoon overgebracht naar het
Domus Medica in Utrecht waar de Koninklij
ke Maatschappij ter bevordering van de Ge
neeskunst domicilie houdt.
Bronnen
1 Joost Vijselaar, Norlands eersten psychiater': Dr.
J.N. Ramaer, 1817-1887, Nederlandse Vereni
ging voor Psychiatrie, Utrecht 1995.
2 Ramaers naam is in Zutphen nooit geëerd,
noch door het Oude en Nieuwe Gasthuis,
noch door de stadsbestuurders van Zut-
phen. In Den Haag heeft een Ramaer-kliniek
bestaan. In Delft en Haarlem is een straat naar
Ramaer vernoemd.
3 R. Wartena, Oude en Nieuwe Gasthuis 1625-1975,
Zutphen 1975.
4 J. van der Kluit, Niet om eniger Gaven en Gonsten
wille, zeven eeuwen gasthuizen en ziekenhuizen in
Zutphen, s.l. 1996.
5 José-Marie van Vondelen, 'Een heldere geest
tussen krankzinnigen, Johannes Nicolaas
Ramaer als geneesheer van het Provinciaal
Krankzinnigengesticht te Zutphen, 1842-1863.
Een bijdrage tot zijn biografie'. Deze scriptie is
niet uitgegeven; ze bevindt zich in het Regio
naal Archief Zutphen.
6 Nederland's Patriciaat, 9e jaargang, Centraal
Bureau voor Genealogie en Heraldiek, 's Gra-
venhage 1918.
7 D.M. Toebak,'J.C. Ramaer, onderzoeker
met polsstok en waterlaarzen', in Holland,
Regionaal-historisch tijdschrift 15 (1983) nr. 3-4
(juni-augustus), p. 145.
8 Joost Vijselaar Timo Bolt, J.L.C. Schroeder
van der Kolk en het ontstaan van de psychiatrie in
Nederland, Amsterdam 2012, p. 157.
9 M.J. van Lieburg, De academische prijsvragen,
een inventarisatie en annotatie van de prijsvragen,
uitgeschreven door de Nederlandse universiteiten
1815-1968, Rotterdam 2007, pp.176-177.
10 M.J. van Lieburg, Al doende leert men, de Rotter
damse jaren van Gerrit Jan Mulder (1802-1880),
Rotterdam 2006, pp.44-47.
11 Regionaal Archief Zutphen/RAZ, bevolkings
register Zutphen.
12 www.historici.nl/Onderzoek/Projecten/BWN/
lemmata/bwn2/ramaer, geraadpleegd 29-11
2013.
13 Regionaal Archief Zutphen/RAZ, Archief van
het Oude en Nieuwe Gasthuis te Zutphen,
toegangsnr. 0407, inventarisnr. 324.
14 J.N. Ramaer, 'Verslag aan Heeren Gedepu
teerde Staten der provincie Gelderland, over
het provinciaal Krankzinnigenhuis te Zutphen,
gedurende het eerste decennium (1842-1851)
van zijn bestaan', in Nederlandsch Tijdschrift
van gerechtelijke Geneeskunde en Psychiatrie, 1853,
pp.143-184.
15 R.H.J. ter Meulen, 'J.N. Ramaer (1817-1887)
en de fysiologische psychiatrie', in Tijdschrift
voor Psychiatrie, (1988), pp.127-138.
16 J.N. Ramaer, Voorlezing over de terugkeer der
krankzinnigheid en de middelen om derzelven te
voorkomen, Rotterdam 1846.
17 Erik Fokke, Leo Jansen Hans Luijten, 'Een
nog onbekende diagnose: de ziekte van Vin
cent van Gogh', in Ons Erfdeel 46 (1976) nr. 5,
pp. 661-662.
Met dank aan de medewerkers van het Regio
naal Archief Zutphen.
2utphen - 2015/1