Familie Van den Ende-Brouwer. Derde van links is
Adriaan van den Ende. Schilderij van Hiëronymus
Lapis, 1723-1798. (collectie Onderwijserfgoed)
term doet ook tekort aan de mentale instel
ling van de ambtenaren uit de Bataafs-Franse
Tijd, die de achtereenvolgende regimes juist
uit loyaliteit aan hun eigen land accepteer
den en daarom welbewust samenwerkten met
de Fransen, die eerst helpers, vernieuwers en
bondgenoten waren en pas later repressieve
overheersers werden. Als inspecteur-generaal
was Adriaan van den Ende vele jaren de lan
delijke spil op onderwijsgebied. Hij was het
prototype van het nieuwe soort ambtenaar
dat in Nederland ontstond in de fase van be
stuurlijke en institutionele modernisering ten
gevolge van de vernieuwingsimpuls die van
de revolutie uitging. Die nieuwe ambtenaar
was niet langer aan lokale, gewestelijke of cor
poratistische belangen gebonden, maar vóór
alles bedacht op het nationale belang van alle
burgers zonder onderscheid, en hij beheerste
het ambtelijke vernieuwingsproces.
Ongebonden particulier
Adriaan werd op 11 oktober 1768 te Delft uit
gereformeerde (dat wil zeggen hervormde)
ouders geboren. Zijn vader, Pieter Adriaansz
van den Ende (1736-1796), was een welge
stelde koopman en winkelier, zijn moeder,
Wilhelmina Brouwer (1743-1828), een doch
ter van plateelbakker Justus Brouwer, eige
naar van De Porceleyne Schotel. Haar broer
Hugo (1740-1817), die de plateelbakkerij
overnam, was een vooraanstaande regent.
Net als zijn zwager Van den Ende overleefde
hij als Delfts raadslid alle regeringswisselin
gen. Adriaan doorliep de Latijnse school te
Delft, kreeg vanaf 1785 als voorbereiding op
de universiteit privaatonderricht van zijn neef
Abraham Ledeboer, predikant te Haastrecht,
^utphen - 2014/2 41