De grafelijke burcht van Zutphen HeinJongbloed In één eeuw drie dissertaties - Zutphens vroegste geschiedenis heeft wat losgemaakt! In 1913 bewees Tenhaeff de onechtheid van zes van Zutphens oudste oorkonden, vervolgens kwam De Vries in I960 met zijn - nu achterhaalde - 'opkomst van Zutphen'. Precies honderd jaar na Tenhaeff presenteerde Zutphens stadsarcheoloog Groothedde de bodemvondsten die sinds I946 zijn gedaan in Zutphens oudste kern, de ringwalburcht van eind negende eeuw.1 Alsof zo'n ringwalburcht niet mooi genoeg is, is daarbinnen in de elfde eeuw, als opvolger van houten voorganger-gebouwen, een tufstenen paltsgebouw van exceptionele allure verrezen. Groothedde handhaafde daarover zijn opvatting dat dat een 'koningspalts' is geweest en de naastgelegen kapittelkerk van Sint-Walburgis een stichting van een Utrechtse bisschop.2 Voor de eigen graven van Zutphen, in de falsa aangeduid als 'heren', respectievelijk 'wettige erfgenamen van de Zutphense burcht',3 was amper plaats: binnen de ringwal hadden zij 'mogelijk' een 'hofgebouw'. Aanwijzen deed Groothedde dat niet.4 Gezien de stelligheid waarmee hij die toe schrijvingen herhaaldelijk heeft ontvouwd, bevreemdt natuurlijk het vraagteken in de hoofdtitel van zijn proefschrift. Dat staat er helemaal tot mijn genoegen, trouwens, want bij zijn historische inbedding van de archeo logische bevindingen régent het vraagtekens. Ik kan die hier niet allemaal oplepelen,5 maar maak twee methodische aanmerkingen: 1. Groothedde volgt nog Harenbergs publi caties over de Zutphense falsa van 1999 en 2003, terwijl in die (en voorgaande) analy ses inmiddels een knaap van een leesfout is aangetoond. Dat zet Harenbergs bouwsels op losse schroeven - mét alles wat erop rust.6 2. Als hij mij een 'verzinsel' wil toeschrijven, dan moet hij toch eens nalezen op wie ik mij beriep.7 Genoeg aanleiding dus om de 'andere' visie op Zutphens vroegste geschiedenis onder de aandacht te brengen, met de heren (gra ven) van Zutphen als scheppers van burcht en palts. Koningspaltsen van het 'Zutphen- se' formaat zijn niet echt zeldzaam, maar '[e]en dergelijk gebouw komt vóór de twaalf de eeuw in dynastenburchten in Nederland en het voormalige Rooms-Duitse rijk niet voor', aldus Groothedde.8 Vraagtekens. Zijn alle dy nastenburchten uit die tijd teruggevonden en uitgegraven? Minstens één liet Groothedde buiten beschouwing: Cappenberg, residentie van naaste verwanten van de Zutphenaars.9 Daarentegen voert hij Hoog-Elten veelvuldig ten tonele,10 hoewel stenen verblijfsgebou- wen daar pas verrezen toen graaf Wichman van Hamaland zijn burcht ombouwde tot ka- nonikessenstift. Kun je een damesstift maar zo vergelijken met een (dynasten)burcht?11 Hamaland is een streek langs de bisdoms- grens tussen Utrecht en Münster waarin twee andere (oudere) gebieden, Islo (Hisloa) en Leomericke, zijn opgegaan. Hamalands contou ren zijn aardig nauwkeurig te schetsen, zoals afb. 1 laat zien. Het gravenhuis dat in de ne gende en tiende eeuw dat Hamaland plus de Veluwe, Salland, Drenthe en Noord-Gronin- gen bestuurde, resideerde vanaf medio ne- 74 Zutphen - 2013/3

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2013 | | pagina 10