Theo Mann-Bouwmeester
T.J. Stieltjes, waterstaatkundig ingenieur en parle
mentariër, wiens glanzende civiele loopbaan onge
wild in Zutphen begon.
rie, die eveneens een aantal jaren in Zutphen
gelegerd is geweest. Voor T.J. ligt duidelijk een
militaire carrière in het verschiet.
Trouw verricht T.J. Stieltjes zijn pontonniers-
dienst in Zutphen als op 17 maart 1849 ko
ning Willem 11 overlijdt. Alle officieren
dienen opnieuw hun eed van trouw te zwe
ren aan de nieuwe vorst, Willem 111. Deze
heeft, uit weerzin tegen de nieuwe politieke
ontwikkelingen, tot nu toe geweigerd de eed
van trouw aan de nieuwe grondwet (die van
Thorbecke) af te leggen. Daarom weigert
tweede luitenant Stieltjes - als enige in het
land - op zijn beurt de officierseed aan Wil
lem 111. Hij hoort bij de stroming die de eed
van trouw aan de vorst wil vervangen door
een eed van trouw aan de grondwet. Hij
stuurt daarover een petitie naar de Tweede
Kamer. Zijn superieuren vraagt hij om uitstel
van de eedsaflegging tot de Tweede Kamer
zich heeft uitgesproken. Dat wordt gewei
gerd. Als Stieltjes bij zijn standpunt blijft,
heeft minister van Oorlog J.H. Voet (ook een
oud-Zutphenaar) geen andere keus dan hem
te ontslaan. Bij kb van 20 april 1849 wordt
T.J. Stieltjes oneervol ontslagen uit militaire
dienst. Daarmee begint zijn opmerkelijke
civiele loopbaan. Nogjarenlang wordt in mi
litaire kringen over hem gesproken als de
'Zutphense luitenant'. Volledig eerherstel
krijgt hij pas in 1860. Rob Kammelar)
Theodora Antonia Louisa Cornelia Bouw
meester3 (*1850, Zutphen f1939, Amster
dam) is een actrice wier gloriejaren liggen
tussen 1880 en 1926. Zij wordt beschouwd als
de grande dame van het Nederlands toneel. Zij
is volgens het Biografisch Woordenboek van Neder
land '...in haar tijd en in ons land de vertolk
ster bij uitnemendheid van gepassioneerde,
beminnende en lijdende vrouwen die de
uiterste consequenties aandurfden van die
grote hartstocht die Liefde heet'. De schrijver
Henri Borel gooit er nog een schepje bo
venop: 'Zij heeft ons laten voelen en zien en
horen wat de hoge hartstocht is, en wat er in
Portretstudie van Theodora Bouwmeester, door
Pieter Josselin de Jong uit 1900. (Theater Instituut
Nederland)
^utphen - 2012/2 51