Stirum had de oplossing al klaar. De pon tonniers konden in hun Waliënkazerne blijven. De dragonders kregen de IJzen- doornkazerne, de gebouwen van de La tijnse school, zonder de concertzaal, maar met de voormalige woning van de claviger, verder de voormalige stads- volmolen aan de Rozengracht en enkele gebouwen in de Geweldigershoek, waar onder het provoostgebouw. Voorts moes ten alle portierswoningen bij de stads poorten vrijgemaakt worden voor gehuw de militairen. En zo gebeurde het. De toenmalige gebrui kers werd eenvoudigweg per direct de huur opgezegd. Er ontstond ook nog even discussie of het Magazijn aan de Oude Wand niet be ter geschikt was als kazerne dan de gebou wen in de Geweldigershoek. Maar nadat de burgemeester had opgemerkt dat dit ge bouw nodig was als kledingmagazijn en dat er bovendien geen open plaats bij was [om appèls etc. te houden - RK], had de raad geen andere keus dan in te stemmen met de plannen. En dus moest de weduwe Beunk haar bewaarschool voor kinderen van 'meer gegoede' ouders in het provoostgebouw sluiten, omdat de dragonders er in moesten. De Protestantsche Inrichting van Weldadig heid werd gedwongen de tewerkstelling van armen in het magazijn aan de Oude Wand te staken. De stadsarchitect - die vrij wonen had - moest zijn gemeentewoning I V v B 3 i 1 a t-i Kapel van het voormalige Agnietenconvent. In 1854 kregen de dragonders dit gebouw op de hoek van Oude Wand en Komsteeg toegewezen als kledingmagazijn. Ook in vroegere jaren werd het soms voor militaire doeleinden gebruiktzoals deze prent uit 1717 laat zien. De kapel was toen munitieopslag plaats. (tekening van Frans Berkhuys1717particuliere collectie) 106 ZUTPHEN *9* V' I. 1 4 s l' 0 1 m

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2011 | | pagina 8