onvoldoende bewijs om hem voor de krijgsraad te
kunnen brengen. In de maanden daarna vonden bij
de reconvalescentencompagnie telkens incidenten
plaats die als wraaknemingen van de vermeende
briefschrijver werden gezien. Maar ook die konden
niet bewezen worden. De Zutphensche Courant koos
partij voor de militaire autoriteiten en schreef dat er
van misstanden bij de reconvalescentenafdeling geen
sprake was.23
Dironkeolappen en poeptomnen
De koloniale soldaten hadden niet alleen binnen het
leger, maar ook bij de bevolking geen beste reputatie.
Drankmisbruik, vechtpartijen en ander wangedrag
waren in Nijmegen aan de orde van de dag.24 Har
derwijk met zijn Koloniale Werfdepot kampte met
dezelfde problemen.25 Of de Zutphense bevolking in
dezelfde mate overlast ondervond, is nog niet goed
onderzocht. Toeval of niet, direct nadat de Koloniale
Reserve in garnizoen was gekomen, steeg in Zutphen
het aantal processen-verbaal wegens openbare dron
kenschap tot ongekende proporties. Tussen 1892 en
1900 gingen er elk jaar gemiddeld 380 dronkenlap-
pen op de bon, gemiddeld zeventig meer dan in de
vijf voorafgaande jaren, toen het garnizoen nog uit
sluitend uit huzaren bestond. Na 1899 nam openbare
dronkenschap heel geleidelijk af.26
Herhaaldelijk kwamen Zutphense kolonialen in aanraking met de politie wegens vechtpar
tijen of andere misdragingen.27 Niet zelden volgde de krijgsraad. Zelfs de Tweede Kamer
boog zich over het wangedrag van de Zutphense reconvalescenten.28 Soms haalde een inci
dent zelfs de landelijke pers. Zoals dat van zaterdagavond 7 maart 1896, toen op sluitings
tijd twee kolonialen weigerden de stoomcarrousel te verlaten. Een van de twee trok een
mes, waarmee hij op de twee bedienden in stak. Een van de slachtoffers leek fataal gewond.
De dader werd onmiddellijk gearresteerd. 'Moordaanslag te Zutphen' kopte het Rotter
damsch Nieuwsblad.29
23 ZC 24 september 1900.
24 Tim Wachelder: De Koloniale Reserve in Nijmegen (2008), gepubliceerd op www.historien.nl
25 Martin Philip Bossenbroek: Volk voor Indië. De werving van Europese militairen voor de Neder
landse koloniale dienst 1814-1909. Amsterdam (1992).
26 JGZ 1887- 1917.
27 ZC jaargangen 1891 -1912; ook huzaren blijken geregeld met de politie in aanraking te komen. Uit
de beperkte steekproeven die de auteur van dit artikel heeft uitgevoerd, blijkt niet overtuigend dat
de kolonialen zich vaker en ernstiger misdroegen dan de huzaren.
28 'Begrooting van Nederlandsch-lndië voor het dienstjaar 1 892'; Handelingen der Staten-Generaal,
Bijlagen1891-1892. Geraadpleegd op www.statengeneraaldigitaal.nl
29 ZC 10 maart 1896; Rotterdamsch Nieuwsblad 10 maart 1896; een week later meldde de Zutphen
sche Courant (ZC 17 maart 1896) dat het slachtoffer aan de beterende hand was.
ZUTPHEN
i
ff
Koloniaal te Zutphen, getekend door
Jan Hoynck van Papendrecht, 1894.
(collectie Legermuseum Delft)
\i
'H '/f
i
c
v
v- V