prijzen niet te hoog zijn/ Men was tevreden
over de preek, Zutphen wilde de jonge pro
ponent als predikant.
Wetenschap en theologie
Nieuwenhuis verbond zich aan Zutphen op
2 februari 1800 en bleef hier tot oktober
1803, toen hij naar Utrecht vertrok. Daar
zou hij dertien jaar blijven. Hoewel hij pre
dikant was geworden, liet de wis- en natuur
kunde hem niet los. In zijn Zutphense jaren
gaf hij in deze vakken onderwijs aan de ka-
detten van de Militaire School7 in Zutphen.
Hij schreef zelfs een tweedelig Wiskundig
Leerboek, in 1803 uitgegeven door H.C.A.
Thieme. Het eerste deel, de Rekenkunde en
Meetkunde, droeg hij op aan de Utrechtse
hoogleraar Johann Friedrich Hennert; het
tweede, de Algemeene Rekenkunde of Alge
bra, aan generaal Jan Hendrik Voet.8
De zuivere toon
De preekstoel van de lutherse kerk aan de Beu-
Hij stond 'voortdurend op een zeer goeden kerstraat. (foto: Jan Frings)
voet' met de kerkenraad. Hij typeerde de
mannen 'met lof vermeld en als degelijke Bos werd door Nieuwenhuis omschreven als
Christenen'. Tot zijn vrienden behoorde ook een braaf, welwillend en beschaafd man, die
organist Bos, een uitstekend muziekkenner niemand ontzag als het aankwam op hand
en orkestmeester. Die was zo'n grote vijand having van de toonkunst. De Groningse
van valse tonen en wanklanken dat hij eens hoogleraar Jacob Domela Nieuwenhuis pu-
bij het uitgaan van de Walburgiskerk, waar bliceerde herinneringen9 aan zijn grootvader
ds. Van Wullen dienst had gedaan, hem op- en schreef:
wachtte en zei: 'Wel, Dominé, wat was dat
een heerlijke preek! Hoe jammer dan Uwe Eens dirigeerde dij [Bos; JR] te zijnen
tonen zoo valsch waren. Vergun mij toch U fmize em Qok düor mijn grootvader bij-
les in de muziek te geven, ik zal het voor
niet doen en mij dubbel beloond achten, als
gij zuivere tonen aanslaat.'
Het stugge antwoord dat de gramstorige Van
Wullen gaf, laat zich raden.
gewoonde repetitie van een zich oefenend
zanggezelschap, bestaande uit dames
en fxeeren van den eersten stand Op
eenmaal een vafscfxe bastoon van een der
7 Deze militaire school stond onder leiding van generaal Jan Hendrik Voet.
8 Voet (1758-1852) was enige tijd werkzaam aan de militaire school van luitenant-kolonel De Chatillon
te 's-Hertogenbosch, en werd benoemd tot directeur van de militaire school te Zutphen. Later werd
deze school een algemeen theoretische en praktische school voor artillerie, genie en waterstaat, en
werd het onderwijs verplaatst naar Amersfoort.
9 Stemmen uit de Luthersche Kerk In Nederland, tijdschrift onder redactie van J.P.G. Westhoff, e.a., 6e
jr. Amsterdam, 1900. Meer citaten in deze bijdrage zijn hieruit afkomstig.
20 ZUTPHEN
