van hen dertig over- en onderkleden krijgen.
Toen ze dat raadsel niet konden oplossen,
werd zijn vrouw ingeschakeld om achter de
oplossing te komen, en na zeven dagen kla
gen dat hij niet van haar hield, zwichtte Sim
son en vertelde haar de oplossing. Dus
moest Simson betalen, en dat deed hij door
dertig Filistijnen dood te slaan en hun kleden
aan de bruiloftsgasten uit te delen. Maar
bóós was hij en bóós ging hij terug naar zijn
ouderlijk huis. De vrouw 'werd gegeven' aan
de bruidsjonker.
Na enige tijd ging Simson toch maar eens te
rug, en merkte dat zijn vrouw intussen ander
mans vrouw was. Haar vader meende dat
misschien de jongere zuster wat was, maar
Simson was nu zo kwaad dat hij - het was
oogsttijd - de korenvelden in lichterlaaie zet
te. Dat gaf natuurlijk weer rumoer en het eind
van het liedje was dat Simson duizend Filistij
nen doodsloeg. Duizend betekent natuurlijk
gewoon: veel. Dan is er een kort verhaal dat
Simson een hoer in Gaza bezocht en bij het
naar huis gaan de stadspoort wat verlegde. En
toen werd hij pas verliefd op Delila.
Zeven pezen
Deli la werd door Filistijnse gezaghebbers
benaderd om achter het geheim van Sim-
sons kracht te komen. Ze zou er heel wat
geld voor krijgen. Kennelijk was het een wat
eenzijdige liefdesrelatie, het kan ook zijn
dat er wel heel erg veel geboden werd en
allebei kan ook. 'Wat ben jij toch sterk/ zei
ze, 'wat moet er wel niet nodig zijn om je
vast te binden.' Simson hield een ingewik
keld verhaal over zeven speciale pezen. Ze
kreeg die pezen van haar omkopers en tij
dens een amoureus samenzijn bond ze hem
ermee terwijl er toevallig een stel Filistijnen
in de andere kamer zat. Toen riep ze: 'De Fi
listijnen over u, Simson', en toen bleek dat
zijn verhaal niet waar was geweest. Daarop
was het Delila die klaagde dat Simson ge
jokt had. Leerde Simson van dit incident? In
ieder geval herhaalde dit spel zich. Uitein
delijk vertelde hij zijn geheim en dat werd
zijn einde. Maar dat is een bekend verhaal;
voor details, zie Richteren 13 - 16. Daar
staat ook dat Simson Israël twintig jaar had
gericht; vermoedelijk was hij nog geen veer
tig jaar oud bij zijn dood.
Zedig
Ziet de zwaar gelokte man op de pilaar eruit
als een jong heethoofd? Nee, het is meer een
bedaagde oude heer met een kalotje op. En
een grote baard, maar dat had K.O. Meinsma
ook, om maar iemand te noemen. En de dame,
ziet die eruit als een mannenverslindende ver
raadster? Eigenlijk kijkt ze nogal zedig, niet di
rect opwindend. Maar er zijn meer overwegin
gen. Als dit Simson en Delila zouden zijn,
zouden ze de twee enige oudtestamentische
figuren in de Librije zijn. Het kwam in de
kunst wel meer voor dat een oudtestamentisch
tafereel werd gekoppeld aan een nieuwtesta
mentisch; dan was er altijd iets gemeenschap
pelijks. Maar in hoeveel bochten moet iemand
zich draaien om het duo Petrus en Paulus te
koppelen aan het duo Simson en Delila? Te
veel; de theorie dat Paulus een spion van de
Romeinen zou zijn is uit de 2 O eeuw. Dan is
er nóg een overweging. Op veel plaatsen is te
zien dat figuren aan de westkant van een kerk
of aan een kerk gerelateerd gebouw meer
'aards', die aan de oostkant meer 'hemels' zijn.
Ook in de Librije is dit fenomeen herkenbaar,
en wel aan de versiering van de lectrijnen. Die
zijn van de hand van dezelfde kunstenaar als
de beeldhouwwerken aan de pilaren: Wilhelm
de Beldesnyder. De volgorde van de lectrijn-
versieringen is, van west naar oost, als volgt:
bloem, kop, kop, pelikaan (zinnebeeld van
Christus), Christuskop, martelares, Onze Lieve
Vrouw in een stralenkrans, het Lam Gods met
kruis, een duif (zinnebeeld van de Heilige
Geest) en ten slotte God de Vader en God de
Zoon. En dan zou, op de meest oostelijke pi
laar een onbekende vrouw Delila zijn, dat loe
der? Mooi niet.
ZUTPHEN