spoorwegnet zou komen zonder financiële steun van de overheid. Daarom kwam het kabinet-Rochussen, dat in 1858 aantrad, met ambitieuze plannen voor den aanleg en de exploitatie van de Noorder- en Zuiderspoor wegen. Deze spoorlijnen zouden met steun van de schatkist door particulieren worden aangelegd. Dank zij de Indische baten be schikte de overheid inmiddels over geld. Het desbetreffende wetsontwerp leidde tot oever loze discussies: de Handelingen van de Tweede Kamer over dit onderwerp beslaan maar liefst 232 bladzijden. Het wetsontwerp passeerde met 39 tegen 32 stemmen de Tweede Kamer. Maar de Eerste Kamer ver wierp het op 8 februari 1860 met 20 tegen 1 7 stemmen. Rochussen en zijn ministers tra den daarop af, en er werd een nieuw kabinet geformeerd onder leiding van F.A. van Hall. Hij mocht proberen de spoorwegkwestie op te lossen. Van Hall ging voortvarend te werk. Al in april 1860 diende hij een wet in die voorzag in de aanleg van negen spoorlijnen (zo'n 800 km) voor rekening van de staat. Hieronder Staatslijn A: de lijn Arnhem- Zutphen-Zwolle-Meppel-Leeuwarden. Dezelf de discussie dreigde opnieuw gevoerd te worden, maar Van Hall gaf geen duimbreed toe. Bovendien had hij de oppositie gepaaid door ervoor te zorgen dat ieder kiesdistrict met een spoorlijn bediend zou worden. Van Hall wist zijn wet ongeschonden door beide Kamers te loodsen en op 18 augustus werd deze van kracht. Een Commissie voor de Staatsspoorwegen werd belast met de voorbereiding en uitvoe ring van de aanleg van de negen spoorlijnen. Deze commissie, met nauwelijks enige ex pertise op het gebied van spooraanleg, had maar iets meer dan een jaar nodig om deze werken bestekklaar te maken. Er zou op acht plaatsen tegelijk begonnen worden. Al op 22 oktober 1861 legde koning Willem III de eer ste steen voor de onderbouw van de spoor brug over de IJssel bij Zutphen. De tekst op de steen (die niet meer aanwezig is) luidde: Koning Willem de Derde heeft aan deze brug i I De voorganger van de 'oude' IJssel brug. De foto is van 13 september 1864. Ze is genomen vanaf een van de pijlers van de in aanbouw zijnde spoorbrug. De fotograaf is J. I lorstink. (foto: Stedelijk Museum Zutphen ZUTPHEN

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2009 | | pagina 15