Overzicht van de zolder met uiterst links het hijswiel; op de voorgrond de hoger dan de achterliggende goot opgetrokken brandmuur. Tussen de hoge voorruimte en de beide daar achter gelegen vertrekken bevond zich door gaans een houten wand, waarin ook de spil- trap was opgenomen, die doorliep tot op de verdieping. In die houten wand bevonden zich vaak enige lichtopeningen, ook bedoeld om zicht te hebben in de hoge voorruimte. Het toilet vond men meestal niet in het huis zelf, maar in een los gebouwtje op het ach terterrein, voorzien van een beerput. Water verkreeg men via een nabij geplaatste stads- pomp; een waterput in de kelder behoorde tot de uitzonderingen. De verdieping was meestal een grote onge deelde zaal, die voor allerlei doeleinden werd gebruikt. Men kon hier gasten onder brengen of goederen opslaan; de ruimte was bij uitstek geschikt voor het houden van bij eenkomsten en feesten. Vrijwel altijd bevond zich hier ook een stookplaats. Vaak werden er veel kaarsnissen aangebracht, bedoeld om de ruimte op zo veel mogelijk plaatsen te verlichten. Via een rechte trap, een spiltrap of een lad der kwam men op de zolder. De zolder was voorzien van gebinten om de daksporen van de kap te ondersteunen. De meeste kappen in de oude binnenstad hebben gebinten en sporen van hoge ouderdom, die vaak terug gaan tot de bouwtijd. In de kap bevond zich doorgaans een hijs rad. In de veertiende eeuw was de hijsinstal latie over het algemeen binnen het gebouw gesitueerd. Door middel van luiken in de zolder- en verdiepingsvloer, net zoals bij windmolens, kon men de goederen ophijsen, met behulp van het hijsrad. Later werden de hijsraderen zodanig aangebracht dat de goe deren buiten de gevel werden opgehesen, zoals nog steeds zichtbaar is bij een groot aantal panden. De afscheiding met het buurpand is bijzon der. Gemeentelijke verordeningen in die da gen stonden geen gemeenschappelijke goot toe tussen twee panden. Men moest tussen die goten een hoge muur metselen die het overslaan van brand zou moeten voorkomen. ZUTPHEN 51

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2009 | | pagina 19