JAN FRINGS Wie voor dit pand gaat staan, ziet een trapgevel, muurankers die samen het jaartal 1680 vor men - een wat oud ogend geheel. Het lijkt erop of met dit pand nogal wat gebeurd is. Dus ging de WBHZ, de Werkgroep Bouwhistorie Zutphen van de HVZ eropaf. Een pand uit 1680 is naar Zutphense begrip- ramen, dan is het buitengewoon waarschijnlijk pen niet zo heel erg oud. Maar op de een of dat de vloeren op een andere plaats hebben ge- andere manier ziet dit pand er ouder uit. Dat zeten dan nu. Maar dan wil je ook aan de bin- zal ook wel komen door het grote aantal nenkant zien hoe de situatie is. bouwsporen dat aan de gevel te zien is. Bouwsporen zijn zichtbare resten van verbou- Het bleek een zeer interessant pand. De platte- wingen: een dichtgemetseld raam, een boogje grond is rechthoekig met een korte zijde aan de stenen zomaar in een muur - iedereen kent er straat. De gevels aan de straatzijde en aan de wel voorbeelden van. Het trapgeveltje kon net tuinzijde zijn topgevels. Er is een voorhuis en zo goed in het begin van de 17de eeuw ge- een achterhuis te onderscheiden, waarbij het bouwd zijn. Zouden bij een verbouwing die voorhuis tweederde van de ruimte in beslag muurankers niet wat verwisseld zijn? Misschien neemt. Het voorhuis is onderkelderd, het achter had het wel 1608 moeten zijn. Zoals iedereen huis niet. Opmerkelijk is ook een smalle gang weet, zitten er achter muurankers balken. van de straat naar de tuin. Het poortje naar dit Muurankers duiden op vloeren. En als je goed gangetje hoort onmiskenbaar bij de gevel; het is kijkt naar de positie van de dichtgemetselde er niet naderhand ingehakt. Lu Laarstraat 118 zoals het er in 1988 uit zag. (foto: archief WBHZ) Kelder De kelder is van het type 'kruisgewelf'. Er zijn twee kolommen. Die staan, van de straatkant ge zien, recht achter elkaar. Zo ontstaan zes 'velden' (zie de afbeelding van de kelderplattegrond). De kelder loopt door onder het eerder genoemde gangetje; een bevestiging van het vermoeden dat het gangetje er vanaf het begin bij hoorde. Er is een spiltrap die naar de voorkamer leidt, maar die is onmiskenbaar betrekkelijk nieuw. Het was niet ongewoon dat men een kelder vanaf de straat binnen kwam. De talloze luiken in de stoe pen in de binnenstad zijn afgedekte toegangen tot kelders, of ze zijn dat geweest. Ook hier zijn aan de straatkant liefst twee oude doorgangen naar de kelder. Later zijn ze dichtgemetseld, en onlangs is er weer een gerestaureerd. Die is nu in gebruik. De aansluitingen ervan op de gewelven zijn ietwat gebrekkig. Dat wijst erop dat kelder en toegang niet gelijktijdig zijn gemaakt. Beide ZUTPHIEN laar§fraat 118s een zeer interessant pand H

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2008 | | pagina 6