gang, Hekkersgang, Meijerinkgang. De woon ruimte bestond uit niet meer dan 12 tot 15 m2, waar een haardje, een bedstede met onderlig gend muf keldertje aanwezig was. De kinderen sliepen op het zoldertje onder de dakpannen. Er moesten hoge huren worden betaald, en er leefden soms gezinnen met meer dan tien per sonen in dergelijke woningen. Deze wantoe standen werden vooral bestreden na de cholera- epidemie van 1866; toen werden de kleinste woningen gesloten. In 1873 en 1875 werden de gangen aan de Lievenheersteeg gesloten en verbouwd tot grotere woningen. In 1879 werd ernaast een rij van vier 'betere' arbeiderswo ningen gebouwd aan de Wanne (tot de sloop Wanne 9). Deze straat was in 1851 ontstaan op de paardenmarkt, die hier vanaf 1804 ge houden werd. Ook werden hier al in 1851 woon-pakhuizen gebouwd, waarvan Wanne 5 7 onderzocht werd tijdens dit onderzoek. De nieuwe woningen aan de Wanne waren welis waar iets groter, maar het bleven eenkamer ruimtes met een bedstede. Pas in 1924 ver dween de woonfunctie, en werd het complex Wanne 9 en Lievenheersteeg 22-24 (voorheen dus acht huisjes) opgekocht en verbouwd door koperslager Tesink, die er zijn werkplaats in richtte en er ook ging wonen. Lievenheersteeg 18-20 werd een woon-pakhuis van een gezin. Overzicht van de funderingen van de sloppen- of armengangen haaks op de Lievenheersteeg tijdens de opgravingen. (foto: afd. Archeologie Gemeente Zutphen) Het werd in 1931 verbouwd tot een moderne woning. In de kleine cementen kelder (voor aardappels en wekpotten) schuilden twee ge zinnen dagenlang voor de beschietingen tij dens de bevrijding begin april 1945. Grof aardewerk Wat betreft de vondsten valt te melden dat er nauwelijks gesloten vondstcomplexen gevon den zijn. Er waren geen beerputten; men deed de behoefte op de ton in houten huisjes op straat. Afval werd verspreid op de erven aange troffen. In het algemeen kan gezegd worden dat de armoede vooral spreekt uit het grove aarde werk. Er werd veel roodbakkend aardewerk Het onderste deel van een laat 15de-eeuwse pelgrimsinsigne van Sint Cunera uit Rhenen. De middelste figuur is Cunera. Aan weerszijden van haar staan haar moordenaars. De maatbalk is 2 cm. (foto: afd. Archeologie Gemeente Zutphen) ZUTPHEN

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2008 | | pagina 11