den den tijd bij te houden werd de hoop van de dichter Beets vervuld: De spoorwegen zijn gekomen en bedekken werkelijk als een tralienet onze provinciën; de vernietigers der groote afstanden hebben daarbij de kleine afstanden van ons koninkrijk niet versmaad en aan dichterlijke ontboezemingen heeft het waarlijk niet ontbroken. En toch: Die spoorlijn blijkt per slot van rekening de rechte broeder óók niet te we zen. Bij nadere kennismaking valt hij ge ducht tegen: Niet omdat er op gerookt, ge slapen en gebabbeld wordt en er nog steeds tijd blijkt te wezen om zich te vervelen, maar omdat de spoortrein voor de arbeiden de klassen, vooral waar het kleine afstanden en enkele reizen betreft te duur is. Hoe weinigen toch kunnen ten platten lande in een goede anderhalf uur dertig cents ver dienen! Het heugt me nog als de dag van gisteren, dat die som als dagloon aan de veldarbeiders werd uitbetaald. En hoeveel komen, of liever: hoe wéinig komen deze menschen, den eenen dag door den anderen gerekend, er zelfs tegenwoordig nog maar net bóven! Dat ook voor het vervoer van góederen de spoortrein te duur is, wordt evenzeer door de stukken bewezen. Immers het getal der vrachtwagens, naar en van plaatsen waar langs de trein voortstoomt, neemt eer toe dan af. En ten bewijs dat ze de concurrentie best kunnen volhouden, kan wel dienen dat ze altijd zwaar beladen zijn. De dichter, boven genoemd, die nog steeds in het land der le venden verkeert, zal met zijn scherp oog de ze verschijnselen zeer zeker óók met leed wezen opgemerkt hebben. En als de eenvou dige doch geniale uitvinders der stoomkracht konden vernemen, dat door hunne schitte rende uitvinding na volhardend pogen hun ne standgenoten in de allerlaatste plaats gebaat werden, dan zouden ze zich daar over evenzeer bedroeven. Zoo zagen we dat - om niet met algemeen heden te schermen - in den laatsten tijd eene firma als die van P.B alhier, wier stoom- worstmakerij vlak bij het station der H.IJ.S.M. staat, en natuurlijk juist daar gebouwd werd met het oog op eene gemakkelijke verzen ding, er weder toe overging, om naar den ouden trant de varkensworsten per vracht wagen aan 't station in Zutphen te doen be zorgen, vanwaar ze vervolgens per Staats spoor naar de plaats van bestemming wor den vervoerd. Wanneer genoemde firma daarin geen vrij groot geldelijk voordeel zag, zou ze niet tot deze maatregel zijn overgegaan. En levert het vervoer per vrachtwagen, althans tot aan het Staatsspoor werkelijk geldelijk voordeel op, dan zou ook onze roomboterfabriek per slot van rekening op zo'n allesbehalve gun stige plaats gebouwd wezen. Dit is het waarop we de lezers van de Zut- phensche Courantais op een niet onbelang rijk verschijnsel, meenden te moeten wijzen. ZUTPHEN

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2008 | | pagina 17