dekking heeft het echter niet tot heden uit
gehouden: ooit is de dekking vervangen,
en op het hele huis liggen thans 'moderne
re' pannen: op het hoofdhuis 'kruispan-
nen' en op het achterhuis 'tuiles du Nord',
beide in de gesmoorde of grauwe vari
ant.25
Het dak van het voorhuis wordt gedragen
door een imposante kapconstructie, die on
miskenbare overeenkomsten vertoont met
honderden jaren oudere voorbeelden. De
met 21 paar sporen en een drietal spanten
uitgevoerde kap rust ten dele op de balken
van de zoldervloer, terwijl de zogenoemde
spatkrachten via een tweevoudig etagebint-
systeem met korbelen en blokkelen worden
afgeleid naar een borstwering. Verder zijn de
flierbinten door middel van een zogeheten
makelaar verbonden met een nokgording,
terwijl de sporen zijn geborgd door schoor-
latten om overlangse vervorming van de kap
door wind tegen te gaan.26 Bij de constructie
van de kap is overduidelijk gebruikgemaakt
van 'gerecycled' hout: vele onderdelen van
de spanten vertonen inkepingen en zaagspo
ren die wijzen op eerder gebruik ervan.
Overduidelijk herkenbaar zijn ook de oude
verflagen op en de geprofileerde hoekafwer-
kingen van een aantal balken.27 Dit is geheel
volgens oud gebruik, en ook hier volgde
Cuypers dus de traditie. Het ligt voor de
hand dat zulke onderdelen uit de eerste kerk
en pastorie afkomstig zijn.
De afbouw
Het is opmerkelijk dat er in het kasboekje
nergens expliciet sprake is van binnendeu
ren en slechts van 'deuren en zonnescher
men rondom de pastorij'.28 Mag hieruit wor
den afgeleid dat ook de deuren uit de afge
broken oude kerk en pastorie (zo veel moge
lijk) in de nieuwe pastorie zijn hergebruikt?
Het lijkt erop, want vrijwel alle binnenhout-
werk vertoont - anders dan de externe deur
en raamkozijnen - een gangbare neoclassi
cistische detaillering, zonder - behalve in
voor- en achterdeur - kenmerken van neo
gotiek. En het lijkt er eveneens op door de
verschillende formaten en uitvoeringen die
in de deuren zijn toegepast - soms zelfs bin
nen één en dezelfde ruimte - terwijl boven
dien verschillende deuren sporen van verza
gen en aanpassen tonen. Slechts drie deuren
in de gang van de begane grond zijn gelijk
aan elkaar, maar ook deze zijn niet zonder
sporen van aanpassingen: ze waren kenne
lijk te hoog voor de geplaatste kozijnen. De
ze drie deuren waren oorspronkelijk voor
zien van gezichtsbepalende paneelomlijstin
gen, uitgevoerd in hoogreliëf.29 In de jaren
'50 van de 20e eeuw zijn de originele pro
fielen in het kader van de toentertijd 'heer
sende' moderniseringsgolf helaas uitgebro
ken. Bij de restauratie zijn ze, naar voorbeel
den elders, gereconstrueerd. Bij de andere
deuren - deze kenden het soberder laagre-
liëf - was de schade minder en was het her-
25 H.F.J.H. Mombers, f2000], pp.14,15,32-35: De oude holle pan was het meest toegepaste type, dat
overigens eigenlijk ten onrechte oude Hollandse pan wordt genoemd. Deze pan werd sedert het
begin van de 16e eeuw tot ca. 1880 overal in het land handmatig vervaardigd. Kruispannen worden
sedert 1883 in Nederland vervaardigd en de 'tuiIe clu Nord' (met 3-kop en dubbele zijsluiting) is
zelfs pas sedert ca. 1920 op de markt. Deze pannen zijn rond 1980 nog eens opnieuw gelegd, nadat
er een laag Eternitplaten onder is aangebracht.
26 Spatkrachten zijn de horizontale krachten aan de basis van een driehoekige constructie. Ze ontstaan
door het gewicht van de kap en de draagconstructie; spatkrachten drukken in feite de dragende mu
ren uiteen; H. Janse, 1989, pp. 101,251 e.v.,375 e.v.: Flierbinten zijn dekbalken in een schaar-of een
kromstijlgebint.
27 Vgl.: H. Janse, 1989, pp.25,26.
28 Kasboekje, Onder: Pastorij - hout.
29 E.j. Haslinghuis en H. janse, 1997J, p.373: Bij hoog- of haut-reliëf ligt de ondergrond (hier dus het
deurvlak) dieper dan het aangebrachte lijstwerk.
ZUTPHEN