Het in- of uitpakken van goederen in vaten
met handelsmerk.
Westfaals-Rijnlandse. Bij dit Westfaals-
Rijnse gebied werden tenslotte de Gel
derse Hanzesteden ingedeeld.
Keulen probeerde, als kwartiershoofd
stad van het Westfaals-Rijnlandse deel
de leidende rol binnen de Hanze over
te nemen. Het kwam daarbij in conflict
met Lübeck, dat zich als hoedster van
de Hanze-privileges aangetast voelde.
Keulen begon een eigen koers te varen
en ontweek Brugge, stapelplaats van de
Hanze voor de handel op Engeland. Dit
was in strijd met de Hanze-voorschrif-
ten. Keulen probeerde nu de Gelderse
steden op haar zijde te trekken. Het
conflict laaide hoog op en had in 1462
tot gevolg, dat Gel re in oorlog kwam met
Keulen. Die stad kreeg toen te maken
met een machtsmiddel, dat een gevoelige
klap aan haar economie kon toebrengen:
de Gelderse hertog Arnold (1423-1473)
besloot tot het sluiten van de Rijn voor
al het vervoer van goederen. Het water
transport over langere afstand was in de
Middeleeuwen veiliger en verre te pre
fereren boven transport over land. In de
woelige jaren die volgden werden diverse
pogingen ondernomen om Keulen via
onderhandelingen alsnog in het gareel te
krijgen. Toen dit niet het gewenste resul
taat had, werd Keulen in april 1471 uit de
Hanze gestoten. Dat betekende niet, dat
de stad voor eeuwig werd uitgesloten.4
Een gewezen Hanzelid kon korte tijd la
ter opnieuw worden aangenomen. Nooit
heeft men overwogen een opstandige
stad door militaire dwang aan te pakken.5
Dat laatste gold echter niet voor de indi
viduele koopman, die uit een opstandige
stad afkomstig was. Hij werd regelmatig
van zijn handelswaar ontdaan. Een an
dere vraag rijst dan ook in dit verband:
hoe werd men als individuele koopman
lid van de Hanze? Moest men aan be
paalde condities of voorwaarden vol
doen? Vragen die niet eenvoudig kunnen
worden beantwoord, omdat de vroege
statuten van de Hanze daar nauwelijks
over reppen. Een tipje van de sluier wordt
opgelicht door de statuten die in 1554
voor het Londense kantoor van de Hanze
werden opgesteld. De Hanzekoopman
diende in een "handelsregister" te zijn
ingeschreven met vermelding van naam,
toenaam, geboorteplaats, waar hij bur
gerrecht had en waarom hij zich Han
zekoopman wilde noemen. Bovendien
wilde men ook die kooplieden registre
ren, die zich door betaling als het ware
hadden ingekocht in de Hanze.6
4 Berkenvelder, F.C., Zwolle als Hanzestad, Zwolle 1983, pp 46-49.
5 Dollinger, Ph., 'Die Hanse', in: Hanse in Europa, Brücke zwischen den Markten 12. bis 17.
Jahrhundert, Keulen 1973.
6 Friedland, KI., Mensch und Seefahrt zur Hansezeit, Köln, Weimar, Wien, 1995 p. 55 Histo-
risches Archiv Köln A XXIi p. 201Hapke, R., Hansisches Urkundenbuch, nr. 758 p. 575 dd
14-03-1554; Stads- en Streekarchief Zutphen Oud Archief inv.nr. 1821.
mm» mi
S)itï Mtxbtn®vL(fytv aupgcfectf/
£>fc uns cin trcfc^e 9)ïef bcfóert/
2)ie fröflctt frtt vcrfjan&fcnfrof/
SSJatju «ns ©jOttSfutfge&enfotf*
cföfc &<?s$êï§Hgt jur «ncfe» 35rufï/
ftJonns €5c§»(t> SSud? t>u Sffnca mif(T/
JD<m» ttfst ju heiner (irictcn $anb
25ie i>t{> JÖtWtow &ef«»6t.
XOAXXO
f/ffrit
Ml^f
WW,
ifr"C
"firft