A. H. Groustra-Werdekker De periode die dit artikel over de besognes van de zestiende eeuwse Gelderse Hanzesteden bestrijkt strekt zich grosso modo uit van 1500-1570. In dit roe rige tijdperk is de vorming van wisselende machtsblokken in West-Europa een niet te onderschatten factor van onrust en oorlogen geweestdie de handel veel schade heeft berokkend. Oorlogen waarvan de strijdende partijen weinig profijt hebben getrokken. Ook het hertogdom Gel re kreeg er mee te maken en werd in de strijd meegezogen. In de lange regeringsperiode van hertog Karei van Gelre (1492-1538) ondervonden zijn onderdanen er de nodige hinder en schade van. Zij kenden voor nauwelijks de helft van die 45 regeringsjaren een vreedzaam bestaan.1 Wij kunnen heel wat leren van de Hanze: de Hanze is nog steeds fascinerend. Dat betoogde Gert Jan Hospers in zijn rede bij de aanvaarding van het lectoraat Strategisch Management aan de Saxion Hogescholen in Deventer in 2004. (Zie kader2) Om dit duidelijk te maken moet eerst een beeld worden geschetst van het onrustige tijdvak waarin het Hanzever bond probeerde zich staande te houden en van de Gelderse steden in het bijzon der. Dit zal gedaan worden aan de hand van een aantal voorbeelden. ORGANISATIE VAN DE HANZE Voor een duidelijk beeld van de zes tiende eeuwse Hanze is enige kennis van de geschiedenis vooraf noodzakelijk. Het ontstaan van het Hanzeverbond heeft een economische achtergrond. Vanaf de der tiende eeuw nam in het Middeleeuwse Europa de handel in consumptiegoederen sterk toe. Een "commerciële revolutie" was nodig om aan de vraag van de groeiende bevolking en de opkomst van steden te voldoen. De "Duitse Hanze" was oorspronkelijk een genootschap van kooplieden uit verschillende Duitse en Oost-Nederlandse steden in een federa tief verband met als doel gemeenschap- 1 Struyck, J.E.A.L., Gelre en Habsburg 1492-1 2 Hospers, G.J., Op naar Oost-Europa! Hoe h ven, Enschede 2004 p. 10. pelijke belang te behartigen. De behoefte aan bescherming tegen de risico's op zee vormde de basis voor de oprichting. Veiligheidsoverwegingen en de wens om sterker te staan in de concurrentiestrijd met andere regio's deed kooplieden samenwerken in wat zij "Hansa" noem den, hetgeen oorspronkelijk "gewapend convooi" betekende. Wat begon als een economische samenwerking van groepen kooplieden uit verschillende Duitse en Oost-Nederlandse steden werd allengs vanaf de dertiende eeuw, door bemoeienissen van stedelijke besturen, een stedenbond. Men dient hier bij te bedenken, dat die stedelijke overheden veelal gevormd werden door haar burger kooplieden. Die stedenbond wist zich een monopoliepositie te verwerven in de Oost-Westhandel. Ten tijde van haar grootste omvang waren in totaal 200 steden lid van het Verbond. De handel zelf speelde zich echter af in 70 steden, die op de as Londen-Brugge-Hamburg- Lübeck-Reval-Novgorod lagen. Aan de grenzen van de handelsroutes en op enkele strategische gelegen knooppunten waren gemeenschappelijke handelskan toren gevestigd. De grootsten bevonden zich te Londen: de zogeheten Stalhof of !8 Utrecht, 1960 p.60 en verder. Oost-Nederlandse Hanzeverleden kan herle- Gelderse steden in de zestiende eeuwse Hanze: de tering naar de nering zetten

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2005 | | pagina 3