60 militarisme, anti-vivisectionisme en ge heelonthouding, ook op sexueel gebied- een plaats kregen onder de zon. Opval lend is, dat het spiritisme hierin soms een belangrijke rol speelde. En voorbeeld daarvan geeft de vrijzinnig - hervormde predikant Sytze Frederik Willem Roorda van Eysinga (1827 - 1897), die spiritisme en anti-vivisectionisme met elkaar ver bond. Hij verdedigde hartstochtelijk de beoefening van het aan het spiritisme zo verwante magnetisme en bepleitte een grotere waardering voor medische advie zen, die tijdens seances werden gegeven. Een medische wetenschap die zich op deze verworvenheden baseerde, had geen dierproeven meer nodig! Anna Christina Elizabeth van Geuns4 (1868- 1935) Zij werd geboren op 12 maart 1868 te Utrecht als eerste kind van dr. Wolfert Abraham Johannes van Geuns en Eli zabeth Ontijd die toen a! ruim elf jaren getrouwd waren. Later volgden nog twee broertjes, Johannes Rudophus (1870) en Jacob Eliza Catharinus (1872). Zij kregen de roepnamen Ru en Kaap. De eerstge noemde werd oogarts in Den Haag en Kaap directeur van de Utrechtse Asfaltfa- briek. Het gezin verhuisde in 1882 naar Den Haag, waar Anna Christina (roep naam Tine) een kunstopleiding volgde. Zij trouwde in 1892 met Christiaan Beijnen, die aanmerkelijk ouder was en een oplei ding in de landbouw had gevolgd. Huize Rhienderstein te Brummen was al jaren in het bezit van de familie Ontijd en ver erfde na de dood van de ouders Wolfert en Elisabeth op Tine, aangezien de zonen hun werkzaamheden elders hadden. Chris was mede door zijn opleiding ge- Anne Christina Elisabeth Beijnen - van Geuns knipt om het landgoed te beheren, maar toen hun kinderen Laurens en Elizabeth respectievelijk te Delft en te Leiden gin gen studeren, verhuisde het gezin naar de Laan Copes van Cattenburgh n° 51 te den Haag. Rhienderstein werd verhuurd aan de burgemeester van Brummen, L.H.N. Bosch van Rosenthal. In 1926 overleed Christiaan Beijnen. Hij had zijn vrouw bezworen, om niet naar Rhienderstein terug te gaan, omdat hij twijfelde aan haar capaciteiten om huis en landgoed te beheren. Dat had hij goed gezien, want het huis werd door haar al te royaal verbouwd en er kwam een rijtuig met koetsier, waarvoor diverse percelen bos moesten worden verkocht. Daarover ruziede zij met haar zoon, die het maar belachelijk vond, dat zij twaalf bos- 3 Antroposofie en theosofie zijn negentiencle-eeuwse mystiek-pantheïstische stelsels die, met inachtneming van natuurwetenschappelijke evolutiehypothesen en christelijke elementen, een verklaring pogen te geven voor geestelijke, bovenzinnelijke en bovennatuurlijke zaken. In de theosofie speelt hindoeïstisch en boeddhistisch gedachtegoed een belangrijke rol. Ook christian science is een pantheïstische levensleer, die uitgaat van het primaat van de geest: de moderne geneeskunde is materialistisch van aard en dus volstrekt verwerpelijk. Genezing wordt verkregen door het gebed, als gemeenschap ontstaat met de goddelijke Geest. 4 De inhoud van dit tekstgedeelte is praktisch volledig gebaseerd op gegevens, die mevrouw V.R Loeliger-Salomonson -achternicht van mevr. Beijnen-Van Geuns te Oegstgeest- mij ver strekte. Ik zeg haar daarvoor hartelijk dank.

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2005 | | pagina 4