Gewoon vlees zat er voor ons niet in,
maar op zaterdagavond om elf uur, als de
winkel gesloten was, mochten we "rugge-
butjes" halen bij slager van Bruggen. Het
waren ribbetjes met een beetje vlees er
nog aan. Die werden heel lekker gebra
den in de reuzel met zout en kruidnagels.
Zo lekker waren ze zelfs, dat een vrien
dinnetje haar vlees wel wilde ruilen voor
mijn "ruggebutje". De botten brachten
we naar Stapelvoort en daar kregen we
er twee centen voor. Daar gingen we dan
melk voor halen: geen halve liter, maar
toch wel wat.
Kras gesteld, we hadden geen geld. Maar
op een keer was er wat verdiend en
toen heeft mijn vader een bokkenwagen
gemaakt waar vier kinderen in konden
zitten. We gingen daarmee het Coenders-
park en het Slingerbos door. Dan hadden
we de grootste lol. Als mijn ouders de
kinderen een plezier konden doen, deden
ze dat. Mijn moeder zat soms, als er wat
te doen was, hele nachten te naaien. Bij
voorbeeld bij de geboorte van Prinses Ju
liana in 1909. Alle schoolkinderen moes
ten tussen de Wijnhuistoren en hotel de
Hollandse Tuin op de markt het jubellied
zingen. Dat gebeurde onder leiding van
meneer Jansen en meneer Schuring, de
dirigenten. Ik weet nog hoe het lied ging:
Langs Hollands beemd en stranden
Klink luid de jubeltoon Vernieuwd weer
de oude banden Tussen volk en konings
kroon Het welkom ruist ons tegen Uw
telg van T oud geslacht Wees eenmaal
ons ten zegen Wat Neerlands hoop en
kracht Heft aan uw rein akkoorden De
blijde jubelzang In welgemeende woor
den Leeft T Koningkind nog lang.
Met Sinterklaas, als de winkels geslo
ten waren, zo tegen een uur of elf, dan
kwam de oude mevouw Steeman, die
naast ons woonde en zelf snoep maakte.
Vrouw Steeman kwam dan zeggen, dat
ze stukjes chocola overhad en dat de
kinderen hun schoen wel mochten zet
ten. Mijn zuster kreeg een keer een paar
suikerklompjes met van die spitse neuzen
en ik kreeg er een van chocola. Oh... wat
was ik daar gelukkig mee.
Natuurlijk hadden we ook verjaardagen,
maar cadeautjes waren er niet bij. Als er
maar chocolade gemaakt werd, dan was
er al feest. Dan maakte mijn moeder een
hele pan chocolade met één ons poeder
chocolade, wat wel 8 centen kostte. De
melk daarvoor haalden we bij TerScheg-
get. Als ze een paar dubbeltjes gespaard
had voor verjaardagen, dan konden we
suikerbeschuitjes halen, van die lange
kaneelbeschuitjes. En dat was ons hele
feest, hoor! Ook werden er guirlanders
gemaakt. De hele nacht zat mijn moeder
dan met een paar kinderen te plakken
want zonder guirlandes was er geen feest.
Op school trakteren deden we niet, dat
kostte allemaal teveel.
Als mijn vader of moeder jarig waren
werd er geen feest gevierd. Een enkele
keer kwamen er broers van mijn moeder.
Die werden dan wel op een borreltje
getrakteerd. Dat borreltje haalden ze
bij Hanneke van Meulen, vooraan in de
Polsbroek waar ze een klein cafeetje had.
Ze heeft ook in de Barlheze gewoond te
genover de vismarkt en daar kende mijn
moeder haar van.
Vlak voor zijn dood kwam mijn grootva
der bij ons in huis wonen. Mijn broer Jo
las hem 's avonds voor, als mijn vader en
mijn moeder naar Iliohan waren om fruit
in te kopen. Mijn broer las dan voor in de
grote kamer van het huis. Ik zie het nog
voor me. Het was de kamer achter de
winkel waar een schoorsteen en een ledi
kant stond. Overdag ging grootvader wel
met ons wandelen. Op de herdenkings
dag van koningin Wilhelmina in 1918
werd op de markt een ballon opgelaten.
Opa zette ons in de vensterbank bij "Petit
de la Roche", zodat we over alles heen
konden kijken/We hebben daar wel een
uur gewacht en maar vragen "grootva,
wanneer gaat de ballon nou de lucht in,
hoelang duurt het nog grootva?" "Ze kun
nen der geleuf ik geen lucht in kriegen."
Uiteindelijk ging het niet door, de ballon
bleef plat op de grond liggen.