nog nauwelijks bewoond gebied werd
aangelegd.
De stichting en de groei van de Nieuw
stad resulteerden uiteindelijk in een
juridische samenvoeging van beide
stadsdelen: de Nieuwstad werd in 1312
door graaf Reinald I van Gelre onder één
bestuur gebracht met Zutphen.
Ruimtelijk zou de vereniging met de
oude stad voor de Nieuwstad grote gevol
gen hebben. Rondom het stadsdeel werd
een nieuwe bakstenen stadsmuur met
gracht ontworpen, die aan moest slui
ten op de stadsmuur rond de oude stad.
De Berkelruïne symboliseert nog altijd
deze verbintenis. Oorspronkelijk liep de
noordelijke stadsmuur van Zutphen vóór
1312 langs de Berkel. Deze aanzet tot de
noordelijke afbuiging van de muur is bij
de Berkelpoort nog altijd te zien. Het na
1312 ommuurde gebied zal niet alleen
de al bestaande huizen hebben omslo
ten, maar ook nog veel onbebouwde
terreinen. Er was dus nog ruimte om te
groeien. Waarschijnlijk in samenhang
met de nieuwe stadsmuur ontstonden
ook nieuwe straten. Dit nieuwe straten-
patroon kreeg een planmatig opgezette
stad met haaks kruisende straten in een
schaakbordpatroon. De zuid-noord
lopende Dieserstraat wordt nog altijd
gekruist door resp. de Beekstraat, vervol
gens de Halterstraat - Geweldigershoek,
de Onze LieveVrouwestraat -Tengnagels-
hoek en de Isendoornstraat - Reinmakers-
hoek. Al deze dwarsstraten leidden aan
de oostzijde naar de verdedigingstorens
in de nieuwe stadsmuur. Toch vertoont
het stratenpatroon ook onregelmatighe
den, de slinger in de straat Nieuwstad,
het merkwaardige schuine verloop van de
Gasthuisstraat. Zij wijzen er op dat een
deel van de wijk al was bebouwd en dat
men het oude stratenverloop daar in het
nieuwe stratenplan opnam.
Omdat de route naar het noorden één
van de belangrijkste van de stad was,
moest in de nieuwe ommuring natuurlijk
53
ook een stadspoort worden opgenomen.
Merkwaardig genoeg kwam deze Nieuw-
stadspoort niet voor de Nieuwstad, als
hoofdstraat van de wijk, te liggen, maar
koos men voor het noordelijke uiteinde
van de Dieserstraat. Van deze Nieuw-
stadspoort is slechts de buitenpoort, de
Spaanse poort uit 1536, bewaard geble
ven. Waarom de hoofdpoort in het begin
van de veertiende eeuw aan het einde
van de Dieserstraat werd geprojecteerd
en niet aan het eind van de doorgaande
landroute Nieuwstad is volstrekt ondui
delijk. De Dieserstraat was en werd geen
doorgaande route, maar liep aan de zijde
van de oude stad dood op het Rijkenha-
ge. De Dieserstraat was zó onbelangrijk
dat hij pas na 1700 een eigen naam zou
krijgen. In elk opzicht lijkt de plaats van
deze Oude Nieuwstadspoort onlogisch.
Wie bijvoorbeeld vanuit Eefde de markt
in Zutphen wilde bezoeken, moest na de
Nieuwstadspoort te zijn gepasseerd eerst
via een van de zijstraten, bijvoorbeeld de
Isendoornstraat, naar de Nieuwstad gaan,
om vervolgens pas in een min of meer
rechte lijn door te kunnen lopen naar de
markten in de oude stad.
Na de middeleeuwen
In de late middeleeuwen en de zestiende
eeuw zou aan de structuur van de wijk
weinig veranderen. Pas na 1591, het jaar
waarin Zutphen definitief voor de Repu
bliek zou worden veroverd, veranderde
er iets wezenlijks. In samenhang met de
aanleg van de nieuwe vestingwerken
rond de stad, werd in 1616 de noorde
lijke uitgang van de stad verplaatst naar
het verlengde van de straat Nieuwstad
(Afb.2).
In het algemeen liet de periode na de
middeleeuwen tot aan de Tweede We
reldoorlog maar geleidelijke ontwikke
lingen zien. Het straatbeeld veranderde
doordat huizen werden vervangen door
nieuwe, vensters werden gemoderniseerd
en veel topgevels werden gesloopt om
te worden vervangen door kroonlijsten,
vaak boven gepleisterde gevels.
De Tweede Wereldoorlog en de daarop