gevangenis vraagt de Minister toestem ming. b. Voor sommige vakken bieden de docenten hulp buiten de school muren in de gevangenis. De discussie hierover zal in een nadere bijeenkomst worden voortgezet. 21/11/47: Bij de bespreking van de zaak van de politieke delinquenten zijn meerdere docenten in principe tegen elke hulp. Er wordt echter opgemerkt dat hulp weigeren de straf in feite verhoogt. Het lesgeven na de schooltijden in de instelling levert echter bezwaren op. De Directeur zal dit aan de Directie van de gevangenis mededelen en wil volledig over de jongemannen worden ingelicht. De Directeur van de Gevangenis kan dan een daartoe strek kend verzoek richten tot de Minister van Justitie, die uiteindelijk beslist. De kwestie van de delinquenten is (18/ 12/47) opgelost. Twee van de jonge mannen komen uitsluitend voor de vak ken natuur- en scheikunde naar school. Op 19 december zal het schoolkoor een uitvoering geven en daar zijn die twee dus niet bij. Ook de georganiseerde dans avond van de Z.H.B.S.V. (de schoolvereniging) gaat hun neus voorbij. De leraar Postma, die wijst op het bedenkelijke toenemen van alcoholge bruik onder jonge mensen hoeft zich dus over twee leerlingen minder zorgen te maken. Th. L van Veen "Knevelarij?" Uit een brief van de officier van Justitie dd. 10 april 1816 Aan de vrederechters en burgemeesteren in het arrondissement Zutphen (over veld wachters) heb ik klachten ontvangen wegens luiheid en inactiviteit en zelfs omtrent sommigen wegens zedeloosheid en ligt- zinnig gedrag." "....een groote reden van de inactiviteit veler veldwachters (moet worden gezocht) in de gewoonten veler burgemeesters om deze beamten tot hunnen particulieren dienst te emploijeren, eene gewoonte die noodzakelijk tot gevolg heeft, dat de veld wachters meer zichtbaar zijn in de huizen, stallen en tuinen der burgemeesters dan op openbare wegen en velden." Rb Zutphen20 december 1905, W 8387 4.7.1906 Karper gevangen in Coenenspark Op Zondag 1 7 September 1906 ging in het Coenenspark te Zutphen een 24-ja- rige sjouwer een vis vangen in een vijver vanaf een brugje, met behulp van een snoer van grijs linnengaren met een angel met als aas een stuk brood. Hij ving een karper en ging daarmede er vandoor na dat hij het beest ondr zijn jas had gestopt. Het visrecht was in de vijver door de gemeente Zutphen verpacht aan een vis ser. Een politieagent was getuige. Wegens diefstal werd de sjouwer veroordeeld tot 3 weken gevangenisstraf. 23.4.1902 -Een gehuwde stucadoor te Deventer ver laat de echtelijke woning en laat de huis raad daarin achter en neemt enkel zijn "kleederen en lijfgoed" mee. Hij erkent op Palmzondag in 1986 te zijn gegaan naar een andere woning. Na afwezigheid van 5 jaar vraagt de vrouw echtscheiding. De mman voert aan dat hiu alleen maar is verhuisd.- De Rechtbank overwoog: Het vertrekken uit een woning waarin het huisraad blijft is niet een verhuizing naar een andere woning, maar heeft in zich zelf het karakter van een zonder wet tige oorzaak verlaten van de gemeene woning. Gedaagde heeft deze woning zonder wettige oorzaak verlaten en moet geacht worden zijn echtgenote kwaadwil lig te hebben verlaten, (volgt ontbinding van huwelijk en echtscheiding) Uit het archief van de rechtbank te Zutphen

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2003 | | pagina 26