mag duidelijk zijn op grond van punt 5
uit de overeenkomst van 1951Dat van
deze voorwaarden werd afgeweken is
ook bekend door de elders, bij "Stichting
Zutphen" aangetroffen conceptstatuten.
Dat door interne machinaties via een
reeks van tussen geschoven instellingen
(met onbekende al dan niet juridische
status) deze rechten enige malen zijn
overgedragen op een nieuwe partij zon
der dat daarbij nieuwe en duidelijke
overeenkomsten tussen de betrokkenen
zijn vastgelegd is ook duidelijk.
De onderbreking in de continuïteit van
dossier 1.754 wordt tussen augustus 1951
en 1961 hier en daar overgenomen in
het dossier van "Stichting Zutphen", een
instelling die geen stichting bleek te zijn
maar een werkgroep van Gemeentelijke
ambtenaren en politieke ambtsdragers,
aangevuld met enkele burgers, en die in
een kwijnend bestaan na 1961 doorgaat
tot er op 31 maart 1971 liquidatie volgt.
De vanzelfsprekendheid waarmee B&W
van Zutphen vervolgens de Stichting
"Acties Zutphen" als gesprekspartner ac
cepteert, zonder herziening van de over
eenkomst, en in 1967 als het ware met de
hoed in de hand om 40% van de recettes
uit de kermisgelden vraagt, is verbazing
wekkend zo niet beschamend.
Het zwarte gat
Na de vrij hectische periode rond 1970
in de historie van "Acties Zutphen" wor
den er met betrekking tot deze instelling
zestien jaar lang geen gemeentelijke no
tulen meer aangetroffen. Wel blijkt dat de
Vereniging van Nederlandse Gemeenten
op 9 september 1981 aan de leden een
exemplaar van de "Modelvoorwaarden
voor de verpachting van staanplaatsen
voor kermisinrichtingen" heeft gezonden.
Doel hiervan is het scheppen van lande
lijke uniformiteit middels een uit 21 ar
tikelen bestaande conceptrichtlijn. Maar
met deze missive is blijkens het dossier
enkele jaren niets gedaan.
In 1986 wordt echter een nieuw dossier
"Kermis" onder nummer 1.824.511.29
geopend met de notulering van een
bespreking tussen de heren Fleers, Sue-
15
rink, Wieten en Van Zeben namens de
Stichting "Acties Zutphen" en de heren
De Vries (burgemeester), Verbeek, Van
de Meerendonk en mevrouw Ten Brinke
namens de gemeente.
Behandeld wordt een niet aanwezige
brief van 19-3-1986. Daaruit blijkt: "Veel
is vaak onduidelijk en niet schriftelijk
maar telefonisch gedaan. Dat moet
worden voorkomen door een betere pro
cedure, zodat men weet waarover men
spreekt." Van Zeben merkt op dat er wel
iswaar soms extra kosten zijn gemaakt,
maar dat met betrekking tot de terugkeer
van de kermis naar de markten toch van
een succes gesproken kan worden. Van
vele kanten blijken er echter toch proble
men te zijn met betrekking tot de plaats:
dat geldt zowel voor de Martinetsingel als
voor de markten. Besloten wordt dat de
duur van de kermis voor 1987 nader zal
worden bezien. Op 18 november wordt
besloten: de duur zal vijf dagen zijn, van
dinsdag t/m zaterdag.
Doe het zelf!
Intussen hebben de heren Evers, Kingma
(Gemeentewerken) en v.d.Meerendonk
(Algemene Zaken) de mogelijkheid onder
zocht om eventueel de kermis toch vanuit
de gemeente zélf te organiseren, met als
resultaat: dat is zeker uitvoerbaar! Uit de
analyse blijkt namelijk dat "Acties Zut
phen" voor haar activiteiten (die ze voor
een groot gedeelte door de firma Janvier
te Alphen aan de Rijn laat uitvoeren) f
42.000,- heeft ontvangen, en dat boven
dien Janvier gratis ter kermis is verschenen
met drie attracties, die een waarde verte
genwoordigen van circa f20.000,-
In het najaar van 1986 zijn ook rapporten
binnengekomen van Openbare Werken
en de politie inzake het geluidsniveau, en
ook een beknopt overzicht over de situ
atie rond de Zutphense kermis en de rol
van "Acties Zutphen" daarbij. Dat leidt
er toe dat op 25 november 1986 zowel
"Acties Zutphen" als Janvier (van bureau
"Kermisgids" uit Alphen aan de Rijn)
uitgenodigd worden voor een evaluatie
gesprek over de gang van zaken in 1986,
de kermisduur in 1987, de rekening van
Zie Zutphen 2002-2 blz. 43 'Zutphen in de nieuwe kleren van d keizer'