laire ontzet van Bergen op Zoom in het najaar van 1622. Na een korte rondreis door de belangrijkste steden van Holland (Dordrecht, Rotterdam, Delft, Den Haag, Leiden en Amsterdam) nam hij dienst in de Franse compagnie van kapitein Buat die in 1623 in Zutphen was gelegerd. Daarover begint de passage uit de memoires die hieronder wordt vertaald. Al een jaar later, in 1624, is hij weer terug in Parijs, vanwaar hij in 1625 voor het Jubileumfeest naar Rome vertrekt. Teruggekeerd van een lange reis door Italië krijgt hij aan het Franse hof tenslotte de functie van kamerheer van de hertog van Orleans - dat was Gas ton, de broer van koning Lodewijk XIII -, die hij tot Gastons dood in 1660 dient. Hij sterft bijna tachtig jaar oud op het familie kasteel La Mothe te Serris (Seine-et-Marne) op 3 april 1683. De mémoires die hij over zijn leven schreef - vermoedelijk op basis van het dagboek dat hij bijhield - zijn in verschillende delen uitgegeven.2 Wat Goulas ons vertelt over het dagelijks leven van de officieren van het Zutphense gar nizoen, vormt een zeldzaam getuigenis over de vestingstad in oorlogstijd. De Tachtigjarige Oorlog was in 1623 beslist nog niet voorbij. De oorlogsdreiging was in de stad voelbaar. De vijand heerste aan de andere kant van de Graafschap, Groenlo was nog in Spaanse handen. Op enkele tientallen kilometers van Zutphen, bij Stadlohn, werd in juli van dat jaar trouwens een van de belangrijkste veld slagen van de Dertigjarige Oorlog gele verd, die ook voor de Zutphense bevol king de nodige gevolgen had. Maar het Staatse leger voerde in 1623 officieel geen campagne zodat de officieren van het garnizoen zich zichtbaar verveelden. Ze hielden zich onledig met allerlei 'uitspat tingen', ongetwijfeld de drie D's waarte gen de kerken zich zo krachtig verzetten: drinken, dobbelen en dansen. Goulas roerde zich daarin ook dapper, volgens eigen zeggen wat verfijnder dan de Hol landers, maar hij deed per saldo toch niet voor hen onder. Desondanks was er ruimte genoeg voor de intellectuele arbeid die Goulas zich had voorgenomen. In het be gin van de jaren 1620 werden de Zutphense vestingwerken ingrijpend ver nieuwd, een groot project dat niet alleen velen werk verschafte, maar dat ook aller lei ingenieurs aantrok. Daarmee deed de toenmaals moderne techniek haar intrede in de stad, waar reeds geschutgieters werkzaam waren. Zo kon Goulas wiskun deles nemen bij een Franse wiskundige die in de stad was gevestigd, vermoede lijk een ingenieur die met het leger was meegekomen. Een ander bewijs dat de oorlogvoering technici aantrok vinden we in de drukken van het Tratado de artil- leria, een traktaat over het geschut en an der oorlogstuig van de Spanjaard Diego Uffano, die de Zutphense drukker Andries Jansen van Aelst in die jaren verzorgde: in 1621 een in het Spaans, waarschijnlijk ter intentie van de vijand die toen nog in de Graafschap lag, in 1630 een in het Duits, wellicht voor de Duitse compag nieën van het Staatse leger dat de Span jaarden toen voorgoed uit het Zutphense kwartier had verjaagd.3 Nog interessanter is Goulas' getuigenis over de religieuze verhoudingen in de stad. De katholieke eredienst werd door de Zutphense magi straat absoluut niet getolereerd, maar nog vele burgers bleven de katholieke ge loofsovertuiging toegedaan, en volgens artikel 13 van de Unie van Utrecht (1579), die de functie van grondwet ver vulde, hadden ze individueel ook recht op vrijheid van geweten, zolang er maar geen openbare kerkdiensten werden ge houden. Goulas' tekst laat zien dat men heel goed van elkaar wist wie protestant was en wie katholiek. Er werd actief ge Noten: 2 Het deel over de jaren 1627-1651 is gepu bliceerd door Ch. Constant onder de titel Mémoires de Nicolas Goulas, gentil- homme ordinaire de la chambre du due d'Orléans (3 delen; Parijs, 1879-1882); ou dere delen door Noémi Hepp (éd.), Mé moires et autres inédits de Nicolas Goulas, Gentilhomme ordinaire de ia chambre du due d'Orléans (Parijs, 1995). 3 Van beide drukken berust een exemplaar in de Herzog August Bibliothek te Wolfenbüt- tel, van de Duitse druk ook in in de Konink lijke Bibliotheek in Den Haag (STCN). 12

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2001 | | pagina 14