Ook Baudartius
Een opsomming van enkele
schrijvers bij wie de
Zutphense Hermes Mercurius
tekst te vinden is, is nu wel op
z'n plaats: Theophanes (8e
eeuw); Sigibertus van Gem-
bloux (11 e eeuw); Thomas
van Aquino (13e eeuw); Jean
de Mandeville (14e eeuw);
Bisschop Wolffius (16e eeuw)
en dan mag Zutphen's 'eigen'
ds. Baudartius beslist niet in
het rijtje ontbreken!
MAAL ZULT GIJ MIJ ZIEN (IN DE TIJD
VAN CONSTANTINUS).
Ook noemt Meinsma nog "een dikke fo
liant uit ca.1600", waarin het hele ver
haal over de tekst voorkomt, maar hij is
niet erg tevreden met wat hij gevonden
heeft en sluit zijn bespiegelingen over de
tekst onder Mercurius Hermes af met de
woorden: "Wie zegt ons, wie haar 't eerst
heeft meegedeeld?" En met deze vraag
van Meinsma wil ik verder gaan.
Kroniekschrijver Theophanes
De eerste keer dat het verhaal over de dode
in de kist opgeschreven werd, is echter
wél te achterhalen. Meinsma had niet de
gelegenheid om in de grote universiteits
bibliotheken te gaan speuren, iets wat voor
ons veel gemakkelijker is dan destijds voor
hem en wat nu betere zoekresultaten geeft.
Flink doorzoeken naar de raadselachtige
tekst, leverde de volgende gegevens op2.
Keizer Constantijn VI en zijn moeder keize
rin Irene (overigens een akelig mens die
haar zoon de ogen uit liet steken, omdat
ze alléén wilde regeren!) regeerden over
Byzantium in de 8ste eeuw na Chr., de
tijd van het Iconoclasme, d.w.z. de tijd
van de beeldenstrijd tussen voor- en tegen
standers van afbeeldingen in kerken. Een
tijdgenoot van Constantijn VI en Irene
was de kroniekschrijver Theophanes.
Zijn werk is bewaard en bekend gebleven,
en kort geleden zelfs weer opnieuw uitge
geven5 en geannoteerd.
Ik citeer de vertaalde Griekse tekst van
Theophanes bij het jaar 780/1
In deze tijd vond men onder de lange
muren van Thracië een doodskist; toen
hij die schoonmaakte en opende vond
hij daarin een man liggen en de vol
gende woorden die in de kist gebeiteld
waren: 'Christus zal geboren worden
en ik geloof in hem. Onder het keizer
schap van Constantijn en
Irene zult gij mijo zon, te
rug zien
Zeven tot acht eeuwen later
werd deze tekst vrij nauw
keurig weergegeven, zoals
Meinsma bewees aan de hand
van de literatuur. Maar ook in
de tussenliggende tijd hebben
de "Europese" kroniekschrij
vers geregeld de door Theop
hanes beschreven gebeurtenis
in hun kronieken opgenomen.
84