Lyte Engeiberts is in 1901 lid geworden van Gel re ('Vereen iging tot beoefening van Geldersche geschiedenis, oudheidkunde en recht'). In het jaar van haar overlijden staat in de 'Bijdragen en mededelingen' (XXXII) van deze vereniging voor het eerst (en voor het laatst) een artikel van haar hand: De Geldersweert te Ingen, een vergeten "Heerlijkheid". Het betreft een studie naar de geschiedenis van de familie Bedarides, die verwant is met de bewoners van Huize Warmelo bij Diepenheim (Ov.) In een voetnoot komt de verwijzing naar haar verhaal 'De kinderen van Warmelo' voor. Lyte Engeiberts is op 27 september 1929 te Huis ter Heide overleden. Haar tweeling zus Ignatia is eveneens daar overleden en wel op 1 7 september 1953. Haar werk Van L.E. zijn negen romans bekend; verder een aantal verhalen (gebundeld in drie boeken) en een aantal historische artikelen. Een aantal van haar boeken zijn kort na verschijning herdrukt. Van de verhalen bundel Silhouetten is zelfs een 5e druk bekend. Volgens de bibliografie4 ver schijnen in 1901 haar eerste publikaties: 'Pastor Picardts Boek' in het tijdschrift 'Eigen Haard' en in de Geldersche Volks almanak 'Adolf van Gelre, eene levens schets'. In 1906 verschijnt de bundel Silhouettenwaarin het verhaal 'Pastor Picardts Boek' is opgenomen. In later jaren verschijnt in Eigen Haard nog een aantal verhalen. Verder heeft zij nog ge publiceerd in 'Stemmen des tijds'. Een aantal van die verhalen zijn gebundeld. Haar studies over de Gelderse hertogen worden gepubliceerd in de Geldersche Volksalmanak. Daarin verschijnt in 1901 (zij is dan 21 jaar oud) het artikel 'Adolf van Gelre, een levensschets'; in 1902 gevolgd door 'De hertogen uit het huis van Nassau' en in 1903 'De laatste hertog van Gelre'. In 1904 verschijnt de zeventigste en 'laat ste' jaargang van deze almanak. Hierin staat haar artikel 'Willem van Gulik, de ridderlijke' en tevens een elegie op de Geldersche Volksalmanak. In 1942 ver schijnt de een en zeventigste (door de uit gever genoemd: 'eerste jaargang van een nieuwe reeks') en hierin wordt de elegie van L.E. opnieuw geplaatst. Haar plaats in de literatuur In De letteren in Zutphen in de letteren van Rody Chamuleau6 wordt slechts in enkele regels aandacht besteed aan L.E. Misschien heeft dit te maken met het feit, dat haar naam niet voorkomt in de popu laire handboeken over Nederlandse au teurs. Ook in het boek van Annie Romein Verschoor Vrouwenspiegel; De Neder landse romanschrijfster na 1880 wordt zij niet genoemd. Feico Hoekstra zegt over het in de vergetel heid geraken van haar naam en boeken in zijn artikel 'Schrijfster voor de geschiede- nis Haar verhalen hebben hun actualiteit grotendeels verloren (dit slaat op de achterstelling van katholieken in haar roman In de Generaliteitslanden). De misstanden waarover Engeiberts schreefbehoorden in haar eigen tijd allerminst tot het verleden. De le zers konden zich moeiteloos identifi ceren met de romanpersonages. Engeiberts voorzag in een behoefte namelijk de behoefte aan kritiek op de toenmalige regering - niet heel recht streeksmaar via een omweg die toch niet misverstaan was. Bij mij komt de vraag boven of Lyte Engei berts de bedoeling heeft gehad kritiek op de regering uit te oefenen. Verder schrijft hij: Omdat haar hoofdfiguren veelal vrou wen zijnheeft zij tevens op het gebied van de emancipatie haar steentje bijge dragen. Haar schrijverschap kan even eens in dit licht worden gezienwant veel vrouwelijke collega's had zij niet. De eerlijkheid gebiedt echter te zeggen dat Engeiberts tegelijkertijd maar weinig oog had voor de klasseverschillen in haar tijd. Zelf behoorde ze tot de hogere klassen en dit geldt ook voor de hoofd- 3 7

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 2000 | | pagina 5