de Zwitserse gouvernante zal zeker
met hart en ziel aan de taak gewijd
hebben dit tweetalopgegroeid in het
intellectuele milieu van de familie En
gel be rts, te leiden.
Lyte schrijft over deze gouvernante:
een oude Zwitsersche gouvernante van
wie zij met haar tweelingzuster onder
wijs genoot tot haar elfde jaar en dien
tengevolge meer Fransch leerde dan
Nederlandsch en een paar maal in
de week [les kreeg van] een Holland-
sche onderwijzer voor het Hollandsch4.
Het bevolkingsregister vermeldt op 20
december 1884 de inschrijving van Jeanne
Elise Roberti (geboren op 8 november 1837
in het Zwitserse Maudon) bij de familie
Engelberts. Zij is ongetwijfeld de door
Maria van Zeggelen genoemde Zwitserse
gouvernante. Op 18 april 1891 vertrekt
zij naar Hoevelaken.
Verder hebben enkele familieleden in
Zutphen bij het gezin Engelberts inge
woond.
I
X
l
De tweeling is zeventien jaar oud wanneer
het gezin op 3 mei 1 897 naar Meerssen
vertrekt; hun vader is benoemd tot substi
tuut officier van Justitie. Van 1904 tot
1909 wonen ze in Zierikzee en vandaar
verhuizen zij naar Assen, waar hun vader
op 27 juni 1913 overlijdt. Hij is dan offi
cier van Justitie. Hun moeder is al op
23 februari 1904 te Zeist overleden.
Volgens het bevolkingsregister van Assen
vertrekt de tweeling op 15 november
1913 naar Zeist.
Van de tweeling Ignatia en Lyte is bekend,
dat zij op twaalfjarige leeftijd de kostschool
van juffrouw de Puy in Huize Welgelegen
te Warnsveld bezoeken5.
Hoe beide ongetrouwde zusters hebben
geleefd en gewerkt, is vrijwel niet bekend.
Wel weten we dat Ignatia, onder het
pseudoniem Ignatia Lubeley', een aantal
boeken en verhalen heeft gepubliceerd,
n Herinnering aan twee Overijsselse
buitenplaatsen6 staat hierover:
Wie waren deze zusters die zo stil en
bescheiden te Huis ter Heide leefden
en met zo'n groot talent historische
novellenromans en sleutelromans
schrevendie in het destijds nog niet
zo verre verleden de 18de en 19de
eeuw speeldeneen tijd waarin zij vol
komen thuis leken te zijn. In verschil
lende vertellingen krijgt men de indruk
dat beide schrijfsterswaarschijnlijk
onbewustauto-biografische portretten
schetsten: freules zonder geld, in wier
leven o zo weinig voorviel, en die
steeds tevreden moesten zijn.
Hun schrijftalent en hun belangstelling
voor geschiedenis heeft de tweeling Engel
berts mogelijk van hun grootvader Nepvue
geërfd, die in zijn tijd een bekend letter
kundige in Utrecht was. Lyte schrijft in
genoemde Herinnering over over haar
belangstelling voor geschiedenis:
Mijn vader was eveneens als ik een
groot liefhebber van geschiedenis, en
vooral van plaatselijke geschiedenis.
Mijn grootvader van moeders zijde:
Mr. j.l.D. Nepvue had er ook grote
voorliefde voor. Hij was o.a. een tijd
lang redacteur van het jaarboekje
Aurorawaar in de jaren 1840-55,
alle grote letterkundige geesten van dat
tijdperk hunne bijdragen inzonden.
2