behouden wordt de overeenkomst toch
opgezegd. Dit om nieuwe onderhandelin
gen mogelijk te maken.
In de loop van het jaar wordt ook het
pompstation van de waterleiding door
middel van een hoogspanningsleiding en
Iaagspanningskabel aangesloten.
Contracten
In juli 1923 stemt de raad in met ver
lenging van het contract met de IJsselcen-
trale voor een bedrag van 8.000.- per
jaar. Hoewel dit bedrag fors hoger is dan
het oorspronkelijke, is het volgens het
college toch voordeliger dan "eigen be
heer". De hoogst noodzakelijke uitbrei
ding van het aantal transformatoren kan
door leveringsmoeilijkheden niet door
gaan.
In de daarop volgende jaren breidt het net
zich steeds meer uit. Wel moet telkens
even pas op de plaats gemaakt worden
omdat de benodigde materialen niet altijd
even vlot binnenkomen. In 1925 zijn er in
totaal 2.219 aansluitingen die samen
1.412.084 kWh afnemen.
Een voorstel om over te stappen van de
IJsselcentrale naar de Provinciale Geider-
sche Electriciteits Maatschappij
(P.G.E.M.) wordt in de raad van 21 no
vember 1927 behandeld. In het voorstel
staat onder meer dat de destijds ver
leende vergunning voor het leggen en
hebben van ondergrondse elektrische
sterkstroomgeleidingen in de Rijksweg
van Zwolle naar Zutphen tijdelijk is ver
leend omdat het departement van Water
staat de bevoegdheid had, als het alge
mene belang dat vergde, de concessiege
bieden anders in te delen. De
IJsselcentrale en de P.G.E.M. zijn het nu
eens geworden over de overdracht van de
kabel Deventer-Zutphen en van het plaat
selijke onderstation. Het college vraagt de
raad machtiging te geven tot het tekenen
van een dergelijke overeenkomst. Daarbij
wordt ervan uit gegaan dat de gemeente
"haar uitsluitend recht van stroomlevering
binnen haar grenzen ten allen tijde be
houdt". De raad besluit conform het
voorstel.
Aansluiting van de Hoven
Als in 1927 de Hoven eindelijk aangeslo
ten wordt op het elektriciteitsnet komt een
einde aan jarenlang touwtrekken en een
soort koehandel over het al dan niet aan
sluiten op het elektriciteitsnet. Al in oktober
1921 vragen bewoners, winkeliers, land
bouwers en het bestuur van de Coöpera
tieve Aan- en Verkoop Vereeniging aan het
gemeentebestuur aangesloten te worden.
Een ingesteld onderzoek wijst uit dat de
kosten globaal 20.000 - zullen bedragen.
Als er voor 4.000.- stroom afgenomen
wordt is het rendabel. Het college vraagt
daarom een garantieafname aan de Coöpe
ratieve. Die wil of kan dat blijkbaar niet,
want op 22 februari 1922 ontvangt de raad
opnieuw een brief. Nu ondertekend door
een kleine honderd Hovenaren. Daarin
wordt gevraagd "de Hoven ook te laten
profiteren van het genot en gemak dat elek
trisch licht geeft". De brief wordt voor pre
advies in handen gesteld van het college.
Begin mei krijgt de al eerder genoemde
vereniging een brief waarin wordt aange
boden over te gaan tot aansluiting mits de
vereniging zich garant stelt voor 1.500.-.
Daarmee begint de koehandel pas goed.
In augustus 1923 komt nogmaals een brief
binnen met zeer veel handtekeningen en
weer wordt die in handen van het college
gesteld. In juni, augustus en oktober 1924
wordt door raadsleden telkens gevraagd
hoe het staat met de aansluiting van de
Hoven. Even zo vaak wordt een ontwij
kend antwoord gegeven dat weer even zo
dikwijls door de raad wordt geaccepteerd.
Op 19 december komt er weer een brief
met handtekeningen binnen, die op de
22e weer in handen wordt gesteld van
het college voor advies. Nu wel met het
verzoek van de raad "zo krachtig moge
lijk mee te werken om de elektrificatie
van de Hoven spoedig te laten plaats
vinden".
Inmiddels is in de Hoven een "Comité tot
het verkrijgen van elektriciteit in de Hoven"
opgericht. Deze vraagt op 19 februari 1925
waar het antwoord blijft op de brief van
19 december 1924.
Op vragen van raadsleden zegt de voor-
44