Op 8 januari 1999 stierf Martina Maria Doornink-Hoogenraad. Velen in de stad zullen haar gekend hebben als "mevrouw Doornink", sommigen, die wat dichter bij haar stonden, kenden haar als "Tine Doornink". Wie was deze vrouw? Ze werd geboren in Rijswijk op 7 juni 1908 en studeerde Nederlandse Letterkunde aan de Utrechtse universiteit. Deventer werd de plek waar ze haar werkzaamheden be gon, Van daar kwam ze in 1943 naar Zutphen. Hier werd ze archivaresse en vanaf 1955 ook directrice van het Stedelijk Museum. Later ook bestuurslid van tal van stichtin gen en verenigingen die ten doel hebben of hadden het behoud van het stads- schoon, niet 'behoud om behoud', maar behoud omdat het een toegevoegde waarde heeft voor de mens van nu. Toen ik in Zutphen kwam (1980) was ze al 7 jaar gepensioneerd, maar minstens twee keer per week kwam ze een och tend, om onderzoek te doen, om te wer ken dus. Haar vroegere kamertje in de Spiegelstraat is nu de ruimte waar de ser ver staat. Deze server (be)dient heel het netwerk dat is aangelegd om via de com puter te werken aan de ontsluiting, het gebruik en vastlegging van de geschiede nis van Zutphen, of het nu gaat om het juridisch verleden, het werk van Zutphense zilversmeden of de geschiede nis van de Doopsgezinde Gemeente. In zekere zin wordt haar werk voortgezet, maar nu door velen. Haar afscheid bij het archief en bij het museum was aan de Rozengracht. Van de Spiegelstraat was toen (1973) nog geen sprake. Ze heeft, als ze hier in de depots rondliep, dan ook vaak wat zoekend rondgelopen, zich storend aan noodzake lijke verplaatsing van archieven. Gevoels matig was ze nog wel verbonden met "haar" archief, maar verdergaande profes sionalisering betekende voor haar niet au tomatisch dat het dan ook beter werd. Haar mening stak ze niet onder stoelen of banken, en dat was maar goed ook. Wij hadden vaak voordeel van haar opmer kingen. Toch heeft ze ook hier, in de Spiegel straat, veel werk verricht, zij het dat ze steeds meer dossiers ging sluiten. Het eer ste dat binnen dat kader werd afgerond was de publikatie van de briefregesten, de twee delen die samen het Derde Stuk vormen van de Inventaris van het Oud Archief van de gemeente Zutphen. Het Eerste Stuk was de inventaris van de hand van mej. W.E. Smelt, het Tweede Stuk was de regesten lijst bij deze inventaris en het Derde Stuk, waaraan al zo lang ge werkt was, was blijven liggen. Het was de bedoeling dit werk uit te geven in samen werking met de heer W. Zondervan, haar collega uit Doesburg, vroeger een trouw bezoeker van het Zutphense archief. Hij overleed plotseling in 1980. Alleen heeft zij haar werk voltooid, met enige assis tentie van het Gemeentearchief. In 1981 kwam het van de persen. Sindsdien heeft ze alleen kleinere onderzoeken afgerond en was ze vraagbaak voor velen van ons op het Gemeentearchief. Het bekendst zal ze misschien voor Zutphen blijven als de schrijfster van de Kleine historie van Zutphen/ een boekje dat intussen heel vaak herdrukt is. Haar laatste bijdrage had de warmte van haar hart. Het is het in 1983 verschenen boekje Adamanshuis. Een zusterhuis van de moderne devotie in Zutphen. Maar in dat jaar kwam ook de Historische Steden- atlas van Nederlanddeel Zutfen uit. Zutfen en niet Zutphen, want, zo was haar redenering: als je het woord schrijft in het Latijn is het PH, in andere gevallen een F. 36 Mevrouw Doornink overleden

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 1999 | | pagina 14