Anita Piek Uit Zutphens Dagblad, 21 oktober 1931 Lawaai-klachten Ons bereikten dezer dagen een paar klachten over straatrumoer en ander lawaai. De een morde er overdat het nachtelijk rumoer zoo toeneemt Inderdaaddat is allereerst een gevolg van het stijgend nacht-vervoer: er rijden schier op elk uur van de nacht vrachtauto's en luxe automobielen voorbijEn wie dan zoo gelukkig is te wonen aan een hoofdverkeersweg voelt zijn slaap telkens onderbroken door het geloei van autohoornsdie voor eiken straathoek spektakel maken - wat hun plicht is - maar die bovendien ook op de rechte weggedeeltenal loopt er geen mensch voor de aardigheid van hun nadering kennis geven door aldoor den hoorn te laten schallen in den stillen donkeren nacht Dat de menschen daarover murmureren is te begrijpen. En dat zij dan bij de krant om huip komen vragen is een in dezen tijd natuurlijk verschijnsel. Nu kunnen wij daar niets aan verhelpen. Alleen kun nen wij door openbaarmaking der klach ten de aandacht der autoriteiten er op vestigen. Die bezitten mogelijk de midde len om de menschen, die NOODELOOS rumoer maken op straat in den "voor de nachtrust bestemden tijd", eens te herin neren aan hun verplichtingen tegenover hun medemenschen. En als ook de over heid machteloos staat, dan kunen zij al- icht de bemiddeling inroepen van de or ganisaties van automobilisten, die moge- ijk in dat opzicht invloed op hun leden kunnen uitoefenen. Evenwel, in het algemeen dienen de kla gers toch te beginnen, met zich zelf tot de gestelde machten te wenden met hun klachten. Dat geldt ook voor den man, die er begrijpelijkerwijs op tegen heeft, wanneer 's nachts in zijn buurt vracht auto's worden geladen met levend ge dierte, voor een markt bestemd of met al lerlei koopwaar. Dat gaat vaak gepaard met geschreeuw en spektakel, dat onze klager terecht overbodig acht. Maar laat hij dat dan even aan de politie vertellen en die zal er dan wel voor waken, dat dit in het vervolg wat rustiger geschiedt. Dan was er nog een andere klacht. En eerlijk gezegd zitten we daar wel een beetje mee. Die komt van een bewoon ster van den Deventerweg. En die mop pert over het hinderlijk lawaai van loei ende koeien in den nacht op een weide achter hare woning. Zij heeft opgemerkt dat in die weide telkens weer andere koeien worden gebracht, welke dieren in de hun ongewone, vreemde omgeving door luid geloei haar verlangen naar haar vroegere verblijfplaats openbaren. Natuurlijk is dat vervelend vorr wie zijn slaapkamer in de buurt van zo'n nachte- ijk lawaai heeft: "noch watten in de ooren, noch antifoons brengen verlich ting", zoo schrijft ons deze Deventerweg- bewoonster. En zij vraagt ons of zij en an deren maar het slachtoffer moeten blijven van dergelijke hinderlijke praktijken. Wij vreezen zeer, dat het uiterst lastig zal wezen om aan deze klaagster voldoening te verschaffen. Men kan toch van over heidswege den pachter van die weide kwalijk de verplichting opleggen, daar al- een vee te brengen dat nooit loeien zal! 68 Dingen van de dag

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 1998 | | pagina 22