deelde zware straffen uit. Twee voorbeel
den:
a. vier jaar opsluiting voor Maria Start
mans, 21 jaar, die enige vrouwenkle
ren had gestolen uit een huis waarvan
de bewoners afwezig waren;
b. zes jaar opsluiting voor Cornelis
Willemsen, bijgenaamd "Kees de
matroos", met als bijkomende straf
"strenge geesseling".
In de zomer van het jaar 1810 werd het
signalement - in een gedrukt stuk - ver
spreid van Jan Hiddes, 35 jaar, omdat hij
door het Departementaal Gerechtshof
van Gelderland wegens overspel voor de
tijd van drie jaar werd verbannen uit de
provincies Gelderland en Overijssel.
Hoewel tijdens de Bataafse republiek en
ook in het Koninkrijk Holland - van
1806-1810 - maar weinig belangstelling
bestond voor jury-rechtspraak, werd in
1811 door de Franse overheid deze vorm
van rechtspraak (deels door gewone bur
gers) toch ingevoerd. Dat bleef zo tot de
aftocht van de Franse bezetters. In het
Arnhemse Hof van Assisen fungeerde een
jury van 1811-1813.
Omdat ook Zutphen onder het Arnhemse
Hof ressorteerde, kan over dit hof nog het
volgende worden vermeld. Van 1811
1813 moesten voor dit hof 123 personen
terechtstaan. Van hen zijn 107 personen
voor een jury verschenen. Het verschil zit
hem in het feit, dat in een strafzaak met
een voortvluchtige verdachte geen jury
optrad. Dat lag ook voor de hand omdat
de taak van de jury uitsluitend daarin be
stond dat men moest oordelen over de
vraag "schuldig of onschuldig". En daar
voor moet men wel de verdachte te zien
krijgen en kunnen horen. De hoogte van
de straf werd - als de verdachte schuldig
werd bevonden - door de leden van het
hof (dat waren juristen) bepaald.
In 1811 hield het hof zes zittingen, in
1812 twee, zoals ook in 1813.
De naam "Jury" werd ontleend aan de
eed die de juryleden moesten afleggen
met opgeheven hand. Die eed eindigde
met de woorden "Je Ie jure" dat zweer
Een 20e-eeuwse foto van de stad Zutphenal
eeuwen stad van justicie'. Op deze foto zijn
goed de contouren van de oude stad te zien.
(Foto: Wijnhuisfonds Zutphen)
62
x
I