Anette Hage-de Lange Gedetineerden ontsnapt Van de Apenstert en de Drogenap Op 4 augustus 1748 meldde de nacht schout bij de president van de schepen bank de vlucht van twee gevangenen. Aleida van Bronkhorst, de dochter van de cipier, kwam kort daarna eveneens de ontsnapping van die nacht aangeven. Aleida werd in de Raad ontboden om haar verhal te doen. Toen ze die ochtend de gevangenen hun ontbijt ging brengen, stond de deur van de kolenkamer naar de binnenplaats open. De jongens waren natuurlijk niet meer in de 'cel'. Haar trof echter geen blaam. Had zij niet eergisteren, nadat ze het slot gesmeerd had, de deur zelf afge sloten? De gedetineerden moesten met de steen die bij de deur lag, op het slot heb ben geslagen, waardoor het opengespron gen moest zijn. De schepenen gingen zelf naar de kolenkamer om de deur te in specteren. De smid werd erbij gehaald, maar hij kon noch aan het slot noch aan de sleutel een mankement ontdekken. Bij de inspectie ontdekte het stadsbestuur dat de deur niet vergrendeld was ge- weest. De grendel had uitgeschoven en met een voorhangend slot verzekerd moeten zijn. Daarmee had de ontsnap ping voorkomen kunnen worden. Reden genoeg om Aleida voor deze onzorgvul digheid een ernstige reprimande te geven. De kolenkamer is dus in het midden van de 18e eewu als gevangenis in gebruik. Ongeveer 150 jaar eerder werd voor het eerst iemand in deze kamer opgesloten. Het was echter niet de enige gevangenis in de stad. Na de stadsrechtverlening tussen 1191 en 1196 werd de stad ommuurd. Langs de Berkel stonden twee vestingtorens: het Rondeel bij het Hagepoortplein en de Apenstert bij de Barlheze. Doordat in 1312 de Nieuwstad bij de oude stad ge trokken werd, hadden de torens voor de verdediging van de stad hun functie ver loren. De Apenstert werd de stadsgevan genis. Hier werden gevangenen ook on der dreiging van de pijnbank tot bekente nissen gebracht. In de 1 7e eeuw kwamen er nieuwe loka- ties: de Ruytenborgskelder, deze werd sporadisch gebruikt, en de Drogenapsto- ren; deze werd steeds vaker als gevange nis gebruikt. Voor ernstige delicten kon den mensen nog veroordeeld worden tot enkele jaren spin- of tuchthuis. Voor mili tairen was er een aparte gevangenis in de Geweldigershoek. Gevangenis ais straf Hoewel het aantal gevangenissen anders doet vermoeden, was gevangenisstraf vrij zeldzaam. Volgens de Memorie- en Reso lutieboeken werd in de periode 1600 1620 bij criminele processen slechts zes keer gevangenisstraf opgelegd. In de pe riode 1 76001 780 was dat aantal wel ver dubbeld, maar het bleef gering. De sche penbank gebruikte de gevangenisstraf niet graag omdat dit de stad geld kostte. De gevangenis moest onderhouden worden, de bewaking moest geregeld en de ge vangenen moesten eten. Het oordeel was dan ook zo tussen de 4 en 14 dagen op 36 Zutphense gevangenissen

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 1997 | | pagina 14