Zijn vrouw kwam ook aanlopen, bekeek het hoopvol kijkende groepje en nodigde ons verder uit met de mededeling dat ze ons nog niet verwacht had Mijn moe der zakte de moed in de schoenen toen ze daar hulpeloos stond met ons, afhan kelijk van de goedheid van dit echtpaar. Zag ze misschien ook schrik, voor onze vroege komst, in de ogen van de vrouw waar ze nu genadig onderdak kreeg? Het echtpaar Hakvoort was ongeveer 30 jaar, had vier kinderen in de leeftijd van 6 jaar (Annie), 4 jaar (Joke), 3 jaar (Jan) en 2 jaar (Betsie). Wij waren niet de eerste, niet de enige en niet de laatste evacuées die op de boerderij werden opgenomen. Voor kortere periodes waren er onderdui kers van allerlei soort geweest, ook gelijk tijdig met ons. Het begrip en respect voor de weder zijdse situatie, die van het gastgezin en de onze, deed de verstandhouding alleen maar groeien. Afgesproken werd dat wij als gezin onder eikaar alleen tijdens het middagmaal in onze kamer zouden eten. De maaltijd werd voor allemaal bereid in de grote keuken, waar dan ook werd ge geten door het gezin Hakvoort en het per soneel, samen zo'n 12 personen, 's Mor gens waren er "ploegjes": héél vroeg na het melken, dan de kinderen en wij en daarna het tweede ontbijt voor de man nen. 's Avonds kwam iedereen, behalve de kleinste kinderen, in de keuken en daar bleven we dan ook de rest van de avond. Mijn moeder hielp in de keuken. Mijn vader schilde iedere dag de grote hoe veelheid aardappelen en hakte hout om de kachels brandend te houden en ver richtte voor en na allerlei lichte werk zaamheden rond de boerderij. M'n zusje en ik zouden zoveel we konden de kleine kinderen opvangen en ermee spelen. Mijn broer zou op geregelde tijden be paalde boodschappen moeten doen; hij moest grote zware roggebroden halen. evenals twee uit Steyl, bij Tegelen, ge- evacueerde fraters, die in Joppe verble ven. Dat waren uitzonderlijke middagen. We bleven zo op de hoogte van de oor logsontwikkelingen rond het front en zij spraken met hun enthousiast gekwetter onze ouders wat moed in. Alle pogingen tot dan toe, om Jan, mijn broer, te vinden, waren nihil. Er is ge schreven naar het Rode Kruis, er werd een advertentie geplaatst in het Deventer Dagblad. Communicatie met Limburg was onmogelijk. 7 maart 1945 uit het dagboekje van mijn vader Wat een vreugde toen we van kennissen hoorden in Harfsen dat Venlo 1 Maart door de Amerikanen bevrijd was, doch tevens voor ons een diepe teleurstelling dat wij niet meer in Venlo waren en het mee konden maken. De geallieerden rukken snel op en wij hopen en vertrouwen op een spoedige bevrijding. Over de radioberichten die hier trouw overgebracht worden horen we dat er nog veel inwoners in Venlo ge bleven zijn en de hoop herleeft dat Jan nog in Venlo of Tegelen is achtergeble ven. Op 1 januari 1945 was mijn grootmoeder op 89-jarige leeftijd overleden. Dat be richt bereikt ons op 10 januari, via het Rode Kruis. Verdriet!! Van mijn andere grootmoeder, die 79 jaar was, en van alle andere familieleden, wisten we niets. Maria en Tine Hecker uit Zutphen kwa men ons af en toe opzoeken, op de fiets, De uitgestrekte besneeuwde velden rond de boerderij lieten na een hele tijd toch de groene ondergrond van weilanden en bongerd zien, het hele panorama was veranderd. Wij speelden soms al wat bui ten en de mannen van de boerderij her vatten de buitenwerkzaamheden. Mijn vader was hier en daar behulpzaam. Zijn gebruikelijke kleding was een driedelig kostuum en hoed. Vrijetijdskleding be stond toen nog niet, ook niet voor hem. Met het, zeker al op z'n retour verke- 67

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 1995 | | pagina 13