Anette Hage-de Lange
Inleiding
Op 1 7 oktober 1 760 verscheen Jan Ak
kerman voor het rechtsprekend college in
Zutphen, de schepenbank. Dit college
bestuurde in die tijd de stad. Jan Akker
man was de vader van twee leerlingen
van Xaveria Brinks, een jongetje van zes
en een meisje van drie. Zij zijn die dag
om half vier thuis gekomen, 'zeer be
bloed en verscheide gaten in 't hoofd
hebbende'. Toen Jan wilde weten wat er
was gebeurd, vertelden zijn kinderen dat
hun meesteres hen met een hamer had
geslagen.
Francisca Xaveria FJenrica Brinks was de
meesteres van de breischool voor jonge
kinderen in de omgeving van de Broede
renkerk. Ze was ongeveer 31 jaar oud.
Op 1 7 oktober hadden de kinderen haar
zo uitgescholden en uitgelachen dat zij
uit kwaadheid een hamer met beide han
den oppakte, en de kinderen te lijf ging.
Al met al had ze vijf kinderen geslagen.
De steel van de hamer was gebroken. En
het was een geluk dat Xaveria aan jicht
leed, waardoor ze kracht had verloren,
anders zouden er die dag wellicht doden
gevallen zijn.
Xaveria was daar zelf kennelijk bang
voor: toen Jan Akkerman met een aantal
soldaten bij haar huis kwam om haar op
het gebeurde aan te spreken, vond hij
haar in het secreet, tot haar heupen in de
drek en het hoofd voorover.
Na het lezen van de processtukken kwam
de schepenbank tot een opmerkelijke uit
spraak voor die tijd: het college meende
Meesteres in 18e eeuw met haar „leerlingen".
37
Een vrouw in de 18e eeuw: Xaveria Brinks