gen, vol sigaretten en chocolade, werd achtergelaten. De bevelvoerend luitenant en sergeant Russell Jackson besloten het kerkhof te zuiveren. Jackson ging kort na de middag op pad en kwam zonder onge lukken op het kerkhof. Zodoende waren zijn mannen de eerste Canadezen die Zutphen in kwamen. Dat was niet de be doeling van de brigadier, die de 8e Bri gade die eer gunde. Jackson kreeg op zijn kop en in de War Diary van de North No vas staat niets te lezen over zijn stoute stukje. Volgens sergeant Russell Jackson hebben zij na afloop van deze succes volle actie, hun kleren gedroogd bij men sen langs de Warnsveldseweg en kwa men zij tot aan de kruising met de Jan Vermeerstraat. De North Novas waren de eersten die vanuit hun posities tussen Warnsveld en Zutphen naar het gebied ten noorden van het Twentekanaal wer den gedirigeerd. De Glens namen hun posities over en trokken in de vroege och tend van 7 april 1945 de stad vanuit het zuiden en oosten verder binnen, langs de Emmerikse- en Warnsveldseweg. De te genstand was niet groot, doordat een aan zienlijk deel van de verdediging naar de noordkant van de stad was gedirigeerd om de Canadezen van de 8e brigade daar tegen te houden. Wel bevonden zich op veel plaatsen langs de marsroute in een aantal huizen nog fanatieke Duitse sluip schutters die doorvochten tot het bittere einde en zodoende nog een aantal slacht offers maakten onder de bevrijders en de burgers die bij het zien van de Canade zen uit de huizen kwamen. Daar hadden ze al dagenlang in de kelders verbleven, schuilend voor de aanhoudende artillerie beschietingen van de geallieerden. Van alle kanten kwamen de verschillende Canadese regimenten nu de stad binnen. De binnenstad kwam onder artillerievuur te liggen, en via Canadese luidsprekers werd de Duitsers een laatste kans gege ven om zich over te geven. De laatste fy sieke obstakels voor het centrum van de stad werden gevormd door de opgebla zen bruggen over de Berkel en andere grachten. Onder andere bij de Warns veldseweg en de Deventerweg was de ra vage groot. Deze laatste brug werd naar de oorlog herbouwd en in het bijzijn van de bevrijders omgedoopt in de Canade- zenbrug. Op 8 april vierden de Glens samen met de bevolking en de andere Canadese re gimenten feest in het centrum van de stad die zo zwaar te lijden had gehad van de oorlog. Maar niet voor lang, want de zelfde dag nog moesten ze weer vertrek ken naar Bathmen. Voor hen was de strijd nog niet voorbij. De bevrijding van Zutphen ten oosten van de IJssel was dan wel een feitmaar de totale bevrijding van Zutphen zou nog een week op zich laten wachten. De Ho ven bleef nog een week bezet. De Duitsers bleven vanaf de overzijde van de IJssel de stad onder vuur nemenen zelfs waren er nog nachtelijke Duitse patrouilles in de stad. Na 8 april vielen er dan ook nog slachtoffersonder andere door sluip schutters en mijnenen werd het museum in het Wijnhuis door brand verwoest toen Canadese vlammenwerpers een paar achtergebleven Duitse scherpschutters in de toren moesten uitschakelen. Op 12 april staken de Canadezen bij Gorssei/Voorst de IJssel over en keerden vandaar terug naar het zuiden waar De Hoven na aanzienlijke strijd op 14 april 1945 door de Seaforth Highlanders of Ca nada bevrijd werd; zij verloren daarbij vier kameraden. Om vijf uur die middag ging op het stadhuis de Nederlandse driekleur in top als teken van de bevrijding van heel Zutphen. 11

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 1995 | | pagina 13