huis van Johan van Wijchmunde gelegen. Veel later, in de 18e eeuw, droeg dit pand de naam 'de Rode Leeuw', waarschijnlijk omdat er een rode leeuw als uithangbord aan de gevel was bevestigd. Ook van het pand ernaast in de Korte Hofstraat kennen we sedert het midden van de 15e eeuw de eigenaren. Het huis behoorde toe aan Herman Semesmaker, ook wel Herman Goltsmit genoemd. Het is niet ondenk baar dat op deze lokatie de werkplaats was van een Zutphense goudsmid. Van het pand aan de zuidzijde hiervan is nog altijd de imposante kapconstructie aan de voorzijde te bewonderen. Het linkerdeel van dit als een geheel gebouwde huis vormt nu een van de toegangen tot de schoenenzaak Artie Shoe. Rond 1450 was het in handen van Wernbolt Stuvenberch. Deze Wernbolt was niet de eerste de bes te. Hij was sedert 1427 schepen van de stad en bleef zeker tot 1450 actief in het stedelijke bestuur. Hij was gehuwd met een dochter van de bekende schepenenfa milie Kreynck. Het is niet duidelijk of Stu venberch ook daadwerkelijk zelf dit grote pand heeft bewoond. Duidelijk is wel dat aan het eind van de 15e eeuw het huis door meerdere families werd bewoond. De toenmalige eigenaresse, Alyt, weduwe van Henrick Wynolt, verhuurde in 1506 beide helften van het huis respectievelijk aan Herman Kremer en Tomas Malijma- ke. Het pand is in werkelijkheid groter dan op het eerste gezicht lijkt. De twee raamtraveeën van het winkelpand rechts van Korte Hofstraat 1a, horen namelijk ook onder dezelfde overkapping. Het is dus een breed pand met de nokrichting haaks op de straat. Op de begane grond is de tweedeling van het pand goed te zien. Haaks op de straat is (rechts in nr. 1a) een scheidingsmuur te zien waarin een stand- vink onder een onderslagbalk is opgeno men. Deze onderslag, waarop de moer- binten van de verdiepingsvloer rusten, heeft bij de voorgevel een fraai sleutel stuk. Tussen de scheidingsmuur en de voorgevel is nog middeleeuws pleister werk aangetroffen. Wanneer we de duidelijk in een later sta dium aangebrachte scheidingsmuur weg denken, zien we één grote ruimte, waarin in het midden de standvink staat. Deze staat dus precies midden in het huis en draagt een onderslagbalk die haaks op de voorgevel staat. Deze onderslagbalk on dersteunt op zijn beurt - weer precies in het midden - een aantal moerbalken die evenwijdig aan de voorgevel liggen. Onder Korte Hofstraat 1a ligt een lange kelder, voorzien van een tongewelf, die haaks op de voorgevel staat en precies onder de huidige winkel ligt. In de kelder doet een dichtgezette doorgang aan de kant van de later ingezette scheidings muur vermoeden dat hier een toegang zat naar eenzelfde kelder onder het pand naast Korte Hofstraat 1 a. Dus aan de an dere kant van de scheidingsmuur waarin de standvink is opgenomen. Mocht dit, na onderzoek, zo zijn, dan is de symmetrie van de begane grond dus ook te vinden in de kelders. Er zijn aanwijzingen dat, net als tot voor kort, het oorspronkelijke pand een insteek heeft gehad. Op de verdieping zijn aardi ge details te zien van moerbalken met versierde sleutelstukken. Deze lijken niet bij de oorspronkelijke opzet van het pand te horen, maar dateren uit de 16e of vroe ge 1 7e eeuw. De kap van het huis is zeer markant. De grote overspanning wordt mogelijk ge maakt door drie dekbalkspanten met flie- ringen die een sporenkap dragen. Het vreemde aan deze constructie is dat de sporengespannen (ieder bestaande uit twee sporen en twee haanhouten) de dek balkspanten met flieringen niet nodig lij ken te hebben. Zo te zien is deze con structie later onder de sporengespannen gezet om op deze wijze een extra verdie ping te realiseren boven de oorspronkelij ke zoldervloer. Die hogere verdieping rust dus op de drie dekbalkspanten. Het achterste spant staat vlak voor de deels teruggezette gevel. Deze teruggezet te gevel en de spanten lijken een relatie te hebben. Wellicht hebben we te maken met een diep, mogelijk laat 13e of 14e eeuws pand. De sporenkap van dit pand 59

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 1994 | | pagina 13