tingwerken in 1878 vrij kwamen, werd stadsarchitect F.H. van Etteger aan het werk gezet om een plan van ontmanteling van de vestingwerken te maken. Dat de wallen en poorten weg moesten, stond al meer dan tien jaar vast. Want Zutphen wilde industrialiseren. De ruimte ervoor moest zo snel mogelijk komen. Aan woonwijken werd toen nog niet gedacht. De enkele woonhuizen die gebouwd wer den, stonden in straten die waren aange legd op de afgegraven lunetten van het Wambuis (Wambuisstraat, Buitensingel, etc.) en verder nog enige herenhuizen op de plaats van de oude lunetten van Coe- hoorn. Het zijn de huizen aan de Rozen hoflaan, Jacob Damsingel en Coehoorn- singel. Ze vervulden de functie van wat in Warnsveld de Boslaan en omgeving is. Er woonden - en wonen nog steeds - art sen, notarissen en anderen met een bo- venmodaal inkomen. Van Etteger heeft met zijn stadsplanning een zware nadruk gelegd op de opkomst van de industrie van Zutphen. In de ruimtelijke planning stond niets de grote industrieën in de weg om zich hier te vestigen. Al het oude schoon van wallen en parken moest ver dwijnen. Alleen wat niet in de weg kon staan, mocht blijven, zoals een stuk stads muur tegenover de Martinetsingel. Zoals al eerder is gezegd heeft deze ruim telijke planning niet bijgedragen tot een gunstig verloop van de nijverheidspoli- tiek. Doordat er een liberaal gemeentebe stuur was, dat gevrijwaard was van ande re politieke invloeden, heeft het tot pak weg 1910 geduurd eer men begon in te Detail van een luchtfoto van Zutphen; de uitbreiding van de stad in de richting Rozen hoflaanCoehoornsingel is hier duidelijk te zien. (Collectie Stadsarchief Zutphen) 17

Periodiekenviewer van Erfgoedcentrum Zutphen

Zutphen (vanaf 1982) | 1994 | | pagina 19